In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 26 november 2021 uitspraak gedaan in een echtscheidingsverzoek van een man, die in Syrië met een vrouw was getrouwd. De man verzocht de rechtbank om de echtscheiding uit te spreken, maar subsidiair om te verklaren voor recht dat partijen niet met elkaar zijn gehuwd. De rechtbank heeft vastgesteld dat partijen in 2014 in Syrië zijn getrouwd, maar dat dit huwelijk niet als rechtsgeldig kan worden erkend in Nederland. De rechtbank oordeelde dat er enkel sprake was van een traditioneel huwelijk, zonder de vereiste registratie bij een bevoegde autoriteit. De man had geen huwelijksakte overgelegd, omdat deze niet bestond. De rechtbank concludeerde dat, aangezien het huwelijk niet rechtsgeldig was, de echtscheiding niet kon worden uitgesproken. De rechtbank heeft het verzoek van de man om de echtscheiding af te wijzen, maar heeft wel verklaard dat partijen niet met elkaar gehuwd zijn. Deze beslissing is openbaar uitgesproken en kan worden aangevochten bij het gerechtshof te Arnhem-Leeuwarden binnen drie maanden na de uitspraak.