ECLI:NL:RBMNE:2021:6474
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van bezwaar tegen afwijzing aanvraag zorg op grond van de Wet langdurige zorg wegens termijnoverschrijding
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 22 december 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, een individu, en Centrum Indicatiestelling Zorg als verweerder. Eiser had een aanvraag ingediend voor zorg op basis van de Wet langdurige Zorg (Wlz), welke op 9 december 2020 door verweerder werd afgewezen. Eiser heeft vervolgens op 18 mei 2021 en 26 juli 2021 vragen gesteld over de afwijzing en zijn recht op een budget, waarbij de laatste e-mail door verweerder als bezwaarschrift werd aangemerkt. Verweerder heeft eiser de gelegenheid geboden om de termijnoverschrijding toe te lichten, waarop eiser op 10 augustus 2021 heeft gereageerd.
In het bestreden besluit van 23 augustus 2021 verklaarde verweerder het bezwaar van eiser niet-ontvankelijk, omdat het buiten de bezwaartermijn was ingediend. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld. Tijdens de zitting op 20 december 2021, waar eiser werd bijgestaan door mevrouw G. Kamil-Eltom, heeft de rechtbank de zaak behandeld. De rechtbank oordeelde dat eiser geen gegronde reden had om de bezwaartermijn te overschrijden. Eiser had geen actie ondernomen binnen de termijn en zijn financiële situatie, die hem noopte om bezwaar te maken, werd niet als verschoonbare reden gezien.
De rechtbank concludeerde dat het beroep van eiser ongegrond was en dat verweerder terecht het bezwaar niet-ontvankelijk had verklaard. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar gemaakt en partijen ontvingen een afschrift van het proces-verbaal.