In deze zaak gaat het om de echtscheiding van partijen, die op [trouwdatum] 2018 in [woonplaats] zijn getrouwd. Beide partijen hebben de Nederlandse en Turkse nationaliteit. De rechtbank is verzocht om de echtscheiding uit te spreken en beslissingen te nemen over partneralimentatie en de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap. De rechtbank heeft de verzoeken van partijen beoordeeld en op 3 maart 2021 een beschikking gegeven.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de echtscheiding kan worden uitgesproken, omdat aan de wettelijke vereisten is voldaan en partijen het erover eens zijn dat hun huwelijk duurzaam is ontwricht. Het verzoek van de vrouw om partneralimentatie is afgewezen, omdat de rechtbank van oordeel is dat de vrouw niet behoeftig is. De rechtbank heeft vastgesteld dat de vrouw in staat is om in haar eigen levensonderhoud te voorzien, ook al is er sprake van studievertraging.
Wat betreft de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap heeft de rechtbank beslist dat ieder de gouden sieraden krijgt die hem of haar door de eigen familie zijn geschonken. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat de man een regresrecht heeft op de vrouw voor zover hij meer dan de helft van de totale schuld aan de Belastingdienst en zijn werkgever heeft voldaan. De overige verzoeken van partijen zijn afgewezen. De beschikking is openbaar uitgesproken op 3 maart 2021.