ECLI:NL:RBMNE:2021:88
Rechtbank Midden-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 8 januari 2021 uitspraak gedaan in het kader van een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. L.M. Ligtvoet-van Tuijn, had een asielaanvraag ingediend die door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, vertegenwoordigd door mr. H. Ibrahim, niet in behandeling was genomen. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 29 december 2020, waarbij verzoeker via een telefonische verbinding aanwezig was en zijn gemachtigde via Skype. De rechtbank heeft in een andere zaak, NL20.21463, op dezelfde datum uitspraak gedaan, waardoor de noodzaak voor een voorlopige voorziening verviel. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. M.P. Glerum, in aanwezigheid van griffier mr. S. Westerhof. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.