Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
kantonrechter
wonende te [woonplaats 1] ,
eiseres, hierna ook te noemen: [eiseres] ,
gemachtigde: mr. T. Teke,
1.[gedaagde sub 1] ,wonende te [woonplaats 2] ,2. [gedaagde sub 2] ,wonende te [woonplaats 2] ,gedaagden, hierna samen te noemen (in mannelijk enkelvoud): [gedaagde sub 1] c.s.,gemachtigde: mr. E.B. Doganer.
1.De procedure
2.De feiten
4.Betalingsverplichting, betaalperiode
15.Boetebepaling
Hallo ik zag [.] dat we het appartement moeten verlaten mijn vrouw is zwanger en zal in januari bevallen alsjeblieft ik kan het appartement niet verlaten, want dan is het winter, we bereiden ons momenteel voor op een baby”
huur februari [adres]”.
Cliënten hebben hun woning nog niet kunnen ontruimen. Reden hiervoor is dat zij nog geen woning hebben kunnen vinden die geschikt en betaalbaar voor hun is. Er is dan ook geen sprake van onwil zijdens cliënten om de woning te verlaten, maar onmacht, vooral ook omdat het huishouden van cliënten bestaat uit o.a. twee kinderen in de leeftijd van 5jaar respectievelijk twee weken oud.”
3.Het geschil
4.De beoordeling
Ontruiming
Beoordeeld dient dus te worden of al dan niet aannemelijk is dat de bodemrechter tot het oordeel zal komen dat de huurovereenkomst is geëindigd op 31 januari 2022 en als dat zo is, of dit de ontruiming van de woning rechtvaardigt.
c.s. heeft tot slot verzocht de boete te matigen tot nihil. De kantonrechter ziet geen aanleiding om de boete te matigen; daarvoor zijn geen andere omstandigheden aangevoerd. De kantonrechter wijst de contractuele boete dan ook toe. De daarover gevorderde wettelijke rente wordt eveneens toegewezen, telkens vanaf de betreffende kalenderdag dat er niet is ontruimd tot aan de dag van algehele betaling.
498,00