ECLI:NL:RBMNE:2022:220
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijstandsuitkering op grond van de Participatiewet; beroep ongegrond
In deze zaak heeft eiser, woonachtig in [plaats], een aanvraag ingediend voor een bijstandsuitkering op basis van de Participatiewet (Pw) op 29 mei 2020. De gemeente Utrecht, vertegenwoordigd door het college van burgemeester en wethouders, heeft deze aanvraag op 1 juli 2020 buiten behandeling gesteld, omdat eiser niet de gevraagde gegevens had ingeleverd. Eiser ontving op 2 juni 2020 een verzoek om ontbrekende gegevens, waaronder een geldig identiteitsbewijs en financiële overzichten. Ondanks een tweede herinnering op 16 juni 2020, heeft eiser geen reactie gegeven.
De rechtbank heeft op 6 januari 2022 uitspraak gedaan in deze zaak. Eiser heeft beroep ingesteld tegen het besluit van de gemeente, maar de rechtbank oordeelde dat de gemeente bevoegd was om de aanvraag buiten behandeling te stellen op basis van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank concludeerde dat eiser niet binnen de gestelde termijn de benodigde gegevens had aangeleverd en ook niet had aangegeven dat hij meer tijd nodig had. Eiser betoogde dat hij wel gegevens had ingeleverd, maar kon dit niet aannemelijk maken.
De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, omdat de gemeente terecht had besloten de aanvraag niet te behandelen. Eiser had niet aangetoond dat hij de gevraagde informatie had verstrekt, en de rechtbank oordeelde dat de gemeente de aanvraag op juiste gronden had afgewezen. De uitspraak werd gedaan door mr. J.A. Schuman, in aanwezigheid van griffier mr. S.M. Gena, en werd openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.