In deze beschikking van de Rechtbank Midden-Nederland, zittingsplaats Lelystad, is op 10 januari 2022 een verzoek tot verlening van een rechterlijke machtiging tot opname en verblijf behandeld. Het verzoek was ingediend door de officier van justitie op 27 december 2021, met als doel de cliënt, geboren in 1980, te laten opnemen en verblijven in een zorginstelling. De cliënt, die lijdt aan een verstandelijke handicap en psychische stoornissen, verzet zich tegen de opname, maar erkent de noodzaak van behandeling. De rechtbank heeft vastgesteld dat de cliënt zonder een gedwongen kader niet zal deelnemen aan de behandeling en haar medicatie niet zal innemen. De rechtbank concludeert dat er ernstig nadeel dreigt, waaronder levensgevaar en ernstige psychische schade, en dat er geen minder ingrijpende mogelijkheden zijn om dit te voorkomen. Daarom wordt de rechterlijke machtiging verleend voor een periode van zes maanden, met de verplichting tot uitvoering binnen vier weken na de dagtekening van de beschikking. De beschikking is ondertekend door de voorzitter en twee rechters, met de griffier aanwezig. Tegen deze beschikking staat beroep in cassatie open bij de Hoge Raad.