4.5.Daarnaast verzoekt eiseres de rechtbank om in geval van een gegrondverklaring van het beroep het Uwv bij uitspraak te veroordelen tot betaling van een schadevergoeding aan haar.
5. Het Uwv brengt naar voren dat het door hem gehanteerde overeengekomen loon
(€ 3.838,70) hoger uitvalt dan het SV-loon, zelfs indien de kostenvergoeding van
€ 80,- in de dagloonberekening betrokken zou worden. Het brutoloon moet namelijk nog verminderd worden met het werknemersdeel van de pensioenpremie (€ 256,05 per maand in 2021) en de premie PAWW en de IVA/WGA premie. Het Uwv stelt zich daarom op het standpunt dat hij in voldoende mate rekening heeft gehouden met de vergoedingen die eiseres ontving.
6. Volgens het Uwv vallen de bruto kostenvergoeding en de bruto vergoeding zakelijke kilometers niet onder het overeengekomen loon, omdat er kosten tegenover staan. Ook gelet op de lockdowns en het thuiswerkadvies tijdens de coronapandemie is het de vraag of de bruto vergoeding zakelijke kilometers in de referteperiode was uitbetaald. De prestatiebonus is geen onderdeel van het loon, want het is afhankelijk van iemands functioneren. Aangezien eiseres niet heeft gewerkt, kan niet met zekerheid worden gesteld dat zij de prestatiebonus in de referteperiode zou hebben ontvangen. Het valt daarom niet onder het overeengekomen loon. De door eiseres genoemde uitspraak ziet volgens het Uwv niet op de drie door eiseres genoemde componenten. Op de zitting heeft het Uwv in aanvulling hierop toegelicht dat het uitgangspunt is dat iemand door ziekte financieel gezien niet in een slechtere situatie terechtkomt, maar dat het ook niet bedoeling is dat iemand door ziekte een hogere WW-uitkering ontvangt.
7. De rechtbank stelt vast dat uit de overgelegde salarisstroken, namelijk januari tot en met maart 2020 en januari tot en met maart 2021, blijkt dat de bruto kostenvergoeding van
€ 80,- onder het SV-loon valt, aangezien hierover belasting is geheven.De rechtbank leidt hieruit af dat dit onder het overeengekomen loon valt. Verder blijkt uit de salarisstroken van januari tot en met maart 2020 dat een deel van de vergoeding zakelijke kilometers onder het SV-loon valt en een deel daarbuiten. Dat brengt met zich mee dat het deel van deze vergoeding waarover belasting is geheven ook onder het overeengekomen loon valt. De rechtbank concludeert dat het Uwv daarom ten onrechte heeft nagelaten om deze twee componenten bij de bepaling van het overeengekomen loon te betrekken. Dat betekent dat de dagloonberekening ten behoeve van de WW-uitkering onjuist is vastgesteld. In rechtsoverweging 12 bespreekt de rechtbank de gevolgen die dit gebrek meebrengt.
8. Ten aanzien van de prestatiebonus overweegt de rechtbank dat het niet vaststaat of eiseres in de referteperiode voldoende zou hebben gepresteerd om recht te hebben op een prestatiebonus. De rechtbank oordeelt dat als eiseres kan aantonen dat zij voor haar ziekte op consistente basis deze bonus heeft gekregen, dit betekent dat het tot het overeengekomen loon behoort op grond waarvan het Uwv dit bij de dagloonberekening moet betrekken. De rechtbank ziet een periode van drie jaar als consistente basis.
9. Het voorgaande leidt ertoe dat de rechtbank het bestreden besluit vernietigt en het Uwv opdraagt om een nieuw besluit te nemen. Hierbij dient het Uwv ingevolge artikel 6, derde lid, van het Dagloonbesluit per aangiftetijdvak het geldende overeengekomen loon van eiseres in aanmerking te nemen. Het Uwv moet hierbij niet uitgaan van hetgeen in de vaststellingsovereenkomst is vermeld (€ 3.838,70), maar van het SV-loon dat zij bij benadering moet aangeven. Hieronder vallen in ieder geval de vaste bruto kostenvergoeding van € 80,- en het deel van de vergoeding zakelijke kilometers dat onder het SV-loon valt. Voor zover eiseres kan aantonen dat zij voor haar ziekte op consistente basis een prestatiebonus heeft ontvangen, valt dit ook onder het overeengekomen loon. Het Uwv dient eiseres in de gelegenheid te stellen om daartoe bewijs over te leggen.
10. Op de zitting heeft eiseres het verzoek aan de rechtbank om in geval van een gegrondverklaring van het beroep het Uwv bij uitspraak te veroordelen tot betaling van een schadevergoeding aan haar ingetrokken. De rechtbank zal hier daarom niet inhoudelijk op ingaan.