In deze zaak heeft eiser op 4 oktober 2021 een verzoek ingediend bij verweerder, de korpschef van politie, om rectificatie van politiegegevens en om inzage in zwart gelakte delen van deze gegevens. Verweerder heeft dit verzoek op 15 oktober 2021 afgewezen, wat heeft geleid tot een beroepsprocedure. De rechtbank heeft op 29 september 2022 uitspraak gedaan in deze zaak. De rechtbank oordeelt dat verweerder het verzoek om inzage in de zwart gelakte delen inhoudelijk had moeten beoordelen. De rechtbank stelt vast dat er geen besluit is genomen over het zwart lakken van deze delen, en dat verweerder het verzoek van eiser niet adequaat heeft behandeld. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en draagt verweerder op om binnen zes weken een nieuw besluit te nemen over het verzoek van eiser. Tevens wordt het griffierecht aan eiser terugbetaald en krijgt hij een vergoeding voor de proceskosten. De rechtbank benadrukt dat het aan eiser is om zijn beroepsgronden duidelijk te formuleren in zijn beroepschrift.