Uitspraak
[eiser] uit [woonplaats] , eiser
Inleiding
Overwegingen
1 januari van het kalenderjaarbedoeld. Op 1 januari 2022 woonde eiser nog niet in [woonplaats] , zodat hij door het hoogheemraadschap Delfland voor 2022 ook niet kan worden aangeslagen voor de watersysteemheffing. Eiser hoeft deze heffing dus alleen voor zijn woonruimte in [gemeente 1] te betalen. De beroepsgrond slaagt niet.
dagwaarop gebruik wordt gemaakt van een woonruimte in het gebied van het hoogheemraadschap Delfland, waterzuiveringsheffing wordt geheven. Op 9 januari 2022 is eiser in [woonplaats] gaan wonen, zodat hij vanaf 9 januari 2022 inderdaad óók door dit hoogheemraadschap kan worden aangeslagen voor de waterzuiveringsheffing. Over de periode van 9 tot en met 31 januari 2022 betaalt eiser dan dus dubbel waterzuiveringsheffing. Naar het oordeel van de rechtbank betekent dat echter niet dat verweerder de aanslag voor de waterzuiveringsheffing ten onrechte aan eiser heeft opgelegd. De aanslag is in overeenstemming met de regels uit de ‘Verordening zuiveringsheffing Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden 2020’. De rechtbank ziet niet dat deze verordening in geval van eiser zo onredelijk uitpakt dat verweerder die buiten toepassing had moeten laten. De beroepsgrond slaagt niet.