In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedateerd 21 oktober 2022, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had beroep ingesteld omdat de Belastingdienst/Toeslagen niet tijdig had beslist op haar aanvraag van 30 april 2021 voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden, aangezien verweerder in gebreke was gesteld op 19 mei 2022 en het beroep pas op 1 september 2022 is ingediend. De rechtbank heeft geoordeeld dat verweerder alsnog binnen een termijn van twaalf weken na de uitspraak een besluit moet nemen, met de mogelijkheid om deze termijn te verlengen in bijzondere gevallen. Tevens is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op vergoeding van de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 379,50, en het door haar betaalde griffierecht van € 50,- moet ook worden vergoed. De uitspraak is gedaan door rechter M. Eversteijn, in aanwezigheid van griffier M.M. van Luijk-Salomons.