ECLI:NL:RBMNE:2022:5065
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen door het Uwv op aanvraag herbeoordeling
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedateerd 2 december 2022, wordt het beroep van eiseres behandeld dat zij op 15 september 2022 heeft ingesteld. Eiseres stelt dat het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) niet tijdig heeft beslist op haar aanvraag voor herbeoordeling, ingediend op 27 januari 2021. Volgens de wet moet het Uwv binnen acht weken na de aanvraag beslissen, wat betekent dat de beslissing uiterlijk op 25 maart 2021 had moeten plaatsvinden. Eiseres heeft het Uwv op 8 april 2021 in gebreke gesteld, maar tot op heden, op 3 oktober 2022, is er nog steeds geen besluit genomen door het Uwv.
De rechtbank oordeelt dat het Uwv alsnog een besluit moet nemen en stelt dat dit moet gebeuren binnen twee weken na verzending van de uitspraak, op basis van artikel 8:55d van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Tevens legt de rechtbank een dwangsom op van € 100,- per dag voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. De rechtbank wijst erop dat het Uwv al een maximale dwangsom van € 1.442,- heeft toegekend in een eerder besluit van 14 juni 2021.
Omdat het beroep gegrond is verklaard, moet het Uwv het door eiseres betaalde griffierecht van € 365,- vergoeden en ook de proceskosten van eiseres, die zijn vastgesteld op € 379,50. De rechtbank heeft besloten dat een zitting niet nodig is, omdat dit volgens de Awb in deze zaak niet vereist is. De uitspraak is openbaar gedaan en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.