Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
verblijvende in [verblijfsplaats] ,
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.TENLASTELEGGING
3.VOORVRAGEN
4.WAARDERING VAN HET BEWIJS
- de bekennende verklaring van [verdachte] ter terechtzitting van 6 december 2022;
- het in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [B] namens [bedrijf] , opgemaakt door [verbalisant 1] , werkzaam bij politie Eenheid Midden-Nederland, nummer PL0900-2022089242-25 en gesloten op 31 maart 2022, p. 25-26;
- het in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door [verbalisant 2] en [verbalisant 3] , werkzaam bij politie Eenheid Midden-Nederland, nummer PL0900-2022089242-2 en gesloten op 30 maart 2022, p. 52-53;
- het in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door [verbalisant 4] , werkzaam bij politie Eenheid Midden-Nederland, nummer 2022089242 en gesloten op 31 maart 2022, p. 71;
- het in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van het horen van getuige [slachtoffer 2] , opgemaakt door [verbalisant 5] , werkzaam bij politie Eenheid Midden-Nederland, nummer PL0900-2022089242-7 en gesloten op 30 maart 2022, p. 28;
- het in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van het horen van getuige [slachtoffer 1] , opgemaakt door [verbalisant 6] , werkzaam bij politie Eenheid Midden-Nederland, nummer PL0900-2022089242-9 en gesloten op 30 maart 2022, p. 32;
- het in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van het horen van getuige [slachtoffer 3] , opgemaakt door [verbalisant 7] , werkzaam bij politie Eenheid Midden-Nederland, nummer PL0900-2022089242-20 en gesloten op 30 maart 2022, p. 42.
5.BEWEZENVERKLARING
6.STRAFBAARHEID VAN HET FEIT
7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
8.OPLEGGING VAN STRAF
9.BENADEELDE PARTIJEN
nietworden aangevuld met gijzeling als [verdachte] niet betaalt.
nietworden aangevuld met gijzeling als [verdachte] niet betaalt.
10.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
11.BESLISSING
jeugddetentie van elf (11) maanden;
gedeelte van twee (2) maanden, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat verdachte de hierna te melden algemene en bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
proeftijd van twee (2) jarenvast;
algemene voorwaardendat verdachte:
bijzondere voorwaardendat verdachte gedurende de proeftijd:
- wijst de vordering van [slachtoffer 2] toe tot een bedrag van €850,-;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan [slachtoffer 2] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 30 maart 2022 tot de dag van volledige betaling;
- verklaart [slachtoffer 2] voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 2] aan de Staat €850,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 30 maart 2022 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met nul dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
- wijst de vordering van [slachtoffer 5] toe tot een bedrag van 850,-;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan [slachtoffer 5] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 30 maart 2022 tot de dag van volledige betaling;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 5] aan de Staat €850,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 30 maart 2022 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met nul dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed.