In deze zaak heeft eiser beroep ingesteld tegen de Belastingdienst/Toeslagen omdat deze niet tijdig heeft beslist op zijn aanvraag van 22 maart 2021 voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft op 19 december 2022 uitspraak gedaan in deze enkelvoudige kamer. Eiser heeft op 14 oktober 2022 beroep ingesteld, nadat verweerder in gebreke was gesteld op 8 maart 2022. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden en dat het beroep kennelijk gegrond is. Verweerder is opgedragen om alsnog binnen een termijn van twaalf weken na het verweerschrift een besluit bekend te maken, met een uiterste datum van 30 januari 2023. Tevens is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat deze termijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiser heeft recht op een vergoeding van de proceskosten tot een bedrag van € 379,50 en het betaalde griffierecht van € 50,- moet door verweerder aan eiser worden vergoed.