ECLI:NL:RBMNE:2022:980
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens ontbreken van een besluit
Op 18 maart 2022 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak met zaaknummer UTR 21/3923. Deze uitspraak betreft het beroep dat eiser op 21 september 2021 heeft ingediend. De rechtbank heeft besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat dit in deze specifieke zaak niet noodzakelijk werd geacht, conform artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroepschrift niet voldoet aan de wettelijke eisen, waardoor een inhoudelijke behandeling van de zaak niet mogelijk is. Eiser was verplicht om een kopie van het besluit waartegen hij in beroep ging in te dienen, zoals voorgeschreven in artikel 6:5 van de Awb. Het ontbreken van dit besluit leidt ertoe dat de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk verklaart. Eiser heeft wel de gelegenheid gekregen om het besluit alsnog in te dienen, maar heeft hierop niet gereageerd.
De rechtbank heeft geen besluit ontvangen waartegen eiser bezwaar heeft gemaakt, waardoor zij de juistheid van het besluit niet kan beoordelen. Gezien deze omstandigheden heeft de rechtbank geen andere keuze dan het beroep kennelijk niet-ontvankelijk te verklaren. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken door mr. B. Fijnheer, rechter, in aanwezigheid van J. Fagel, griffier.