ECLI:NL:RBMNE:2023:1131
Rechtbank Midden-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Tijdelijke sluiting van een pand na geweldsincidenten en de bevoegdheid van de burgemeester
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 7 maart 2023 uitspraak gedaan over een verzoek om voorlopige voorziening van een verzoekster die een onderneming exploiteert in Utrecht. De burgemeester van Utrecht had op 22 februari 2023 het pand van verzoekster gesloten voor de duur van 30 dagen, naar aanleiding van ernstige geweldsincidenten, waaronder beschietingen van het pand en de vondst van een explosief voor de deur van een andere vestiging van verzoekster. Verzoekster was het niet eens met deze sluiting en heeft bezwaar gemaakt, alsook een verzoek om voorlopige voorziening ingediend.
De voorzieningenrechter heeft de zaak behandeld en geconcludeerd dat de burgemeester bevoegd was om het pand tijdelijk te sluiten op grond van artikel 174 van de Gemeentewet, dat de burgemeester de mogelijkheid biedt om in te grijpen ter bescherming van de veiligheid en gezondheid. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de burgemeester zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat er een bedreigende situatie was, gezien de beschietingen en de explosieve vondst. De belangenafweging tussen de persoonlijke en financiële gevolgen voor verzoekster en de noodzaak van de burgemeester om de veiligheid te waarborgen, leidde tot de conclusie dat de sluiting gerechtvaardigd was.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, met de overweging dat het bezwaar van verzoekster op dat moment geen redelijke kans van slagen had. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn erop gewezen dat tegen deze mondelinge uitspraak geen hoger beroep of verzet openstaat.