In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 6 april 2023, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had op 15 juni 2021 een aanvraag ingediend voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag, maar de Belastingdienst/Toeslagen had hier niet tijdig op beslist. Eiseres stelde dat de beslistermijn was overschreden en had verweerder in gebreke gesteld op 9 oktober 2022. Na het verstrijken van de termijn heeft eiseres op 16 februari 2023 beroep ingesteld. De rechtbank oordeelde dat het beroep kennelijk gegrond was, omdat verweerder nog geen besluit had genomen. De rechtbank heeft verweerder opgedragen om binnen twaalf weken na de datum van het verweerschrift alsnog een besluit te nemen, met de mogelijkheid om hiervan af te wijken in bijzondere gevallen. Tevens is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op een proceskostenvergoeding van € 418,50, en het door haar betaalde griffierecht van € 50,- moet door verweerder worden vergoed.