In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 6 april 2023, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had een aanvraag ingediend voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag op 27 september 2021, maar de Belastingdienst/Toeslagen had hier niet tijdig op beslist. Eiseres stelde dat de beslistermijn was overschreden en had verweerder in gebreke gesteld. De rechtbank oordeelde dat het beroep kennelijk gegrond was, omdat verweerder niet binnen de wettelijk gestelde termijn van twaalf weken een besluit had genomen. De rechtbank bepaalde dat verweerder alsnog binnen twaalf weken na de uitspraak een besluit moest nemen, met de mogelijkheid om deze termijn te verlengen in bijzondere gevallen. Tevens werd een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn werd overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres kreeg ook een vergoeding voor de proceskosten van € 418,50 en het door haar betaalde griffierecht van € 50,- moest door verweerder worden vergoed. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun recht om in verzet te gaan tegen deze uitspraak.