ECLI:NL:RBMNE:2023:1935
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens niet-betaling griffierecht in bestuursrechtelijke procedure
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 20 februari 2023, wordt het beroep van eiser, dr. [eiser], tegen het college van Bestuur van de Universiteit Utrecht behandeld. Eiser had een beroep ingesteld omdat verweerder niet tijdig had beslist op zijn AVG-verzoek van 19 oktober 2022. De rechtbank heeft echter besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat eiser het griffierecht van € 184,- niet had betaald. Dit griffierecht is verplicht volgens artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De rechtbank heeft eiser op 28 december 2022 een aangetekende brief gestuurd waarin hij werd geïnformeerd over de verplichting tot betaling van het griffierecht. Aangezien de rechtbank geen betaling heeft ontvangen en eiser geen geldige reden heeft gegeven voor het uitblijven van de betaling, kon de rechtbank het beroep niet inhoudelijk behandelen. De hoofdregel is dat als het griffierecht niet wordt betaald, de rechtbank het beroep niet kan behandelen, tenzij er bijzondere omstandigheden zijn die dit rechtvaardigen.
In dit geval heeft de rechtbank vastgesteld dat er geen geldige reden was voor het niet betalen van het griffierecht. Daarom heeft de rechtbank het beroep van eiser kennelijk niet-ontvankelijk verklaard op basis van artikel 8:54 Awb. Eiser krijgt geen gelijk en er wordt geen vergoeding van proceskosten toegekend. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.