4.3Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen
Het
proces-verbaal van aangifte, houdende de verklaring van aangeefster [slachtoffer] , onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
V: Tegen wie wil je aangifte doen?
A: Tegen [verdachte] .
V: Wanneer heeft de eerste seksuele handeling of handelingen plaatsgevonden en
wanneer de laatste keer?
A: Op mijn 13de begon het, tot ergens in mijn 14de. Het heeft een jaar geduurd. Toen ik 13 was, is het echt begonnen. Vingeren, orale seks en seks.
V: Waar hebben de feiten plaatsgevonden?
A: In hun oude huis, in [woonplaats] . Daarna in hun nieuwe huis, ook in [woonplaats] . Ook
een keer in de auto. (…) Op een avond zaten [verdachte] en ik naar een film te kijken, ‘Fast and Furious’. Ik viel een beetje in slaap. Toen heeft hij mij aangeraakt rond mijn vagina, in mijn broekje en in mijn vagina met zijn handen. Hij zette mij op het aanrecht. Hij ging daar door met vingeren.
V: Is dat de eerste keer geweest dat er iets is gebeurd tussen jou en [verdachte] ?
A: Ja, ik was toen 13.
V: Wat is er nog meer gebeurd tussen jou en [verdachte] ?
A: Dat bankverhaal gebeurde wel vaker. Wij keken dan eerst naar een film en verhuisden dan naar de keuken. Het is toen ook gekomen tot seks. De eerste keer seks was op mijn logeerbed daar. Hij begon eerst met vingeren. (…) Hij zei dat hij zijn piemel in mijn vagina had gedaan. We hadden seks.
V: Hoe vaak is hij klaar gekomen in al die tijd?
A: Een keer of 8. We hebben al de ‘Fast and Furious’ films gezien en volgens mij waren dat 7 delen. We hebben tijdens alle delen seks gehad. (…) Hij kwam ook wel 's morgens bij mij in bed liggen. Hij raakte mij dan eerst aan bij mijn borsten en mijn billen. Ook wel vingeren maar heel snel seks. Ik bedoel met seks dat hij zijn piemel in mijn vagina deed.
V: Welke seksuele handelingen zijn er nog meer gebeurd tussen jou en [verdachte] ?
A: Dat ik aan het douchen was en dat hij bij mij onder de douche kwam staan. Hij zat dan aan mijn borsten, billen en vagina. Hij trok zich dan ook op mij af. [verdachte] vroeg mij ook weleens of ik hem wilde aftrekken. Dat deed ik ook. Hij heeft mij weleens gebeft. Dan deed
hij zijn mond tegen mijn vagina. Meestal ging dat dan over in seks. Ik heb [verdachte] ook weleens gepijpt. Dat ging dan uiteindelijk ook over in seks.
V: Welke seksuele handelingen gebeurden op de bank?
A: Alleen vingeren.
V: Heb je zelf nog iets toe te voegen?
A: We hebben het nog niet over die auto gehad. (…) Hij zat aan mijn vagina. Hij ging met zijn vinger in mijn vagina. Dat vingeren is tijdens het rijden gebeurd en ook toen we ergens stopten. (…) We hebben ook een keer seks gehad toen ik ongesteld was. Er was bloed op het bed gekomen. (…) [verdachte] wilde mij altijd zoenen. Het is wel gebeurd, tongzoenen. Hij deed dat opdringerig. Het is elke keer gebeurd als we seks hadden of als we vingerden of zo.
De
verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 29 november 2022, onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
De band met [slachtoffer] werd met de tijd steeds inniger. Als zij bij ons op bezoek kwam, stoeiden en kietelden wij elkaar veel. Het ging steeds verder. Zij kwam soms bij mij op schoot zitten. Ook lag zij weleens op de bank dicht tegen mij aan. Ik heb de films ‘Fast and Furious’ samen met [slachtoffer] bij mij thuis gekeken. Zij lag dan bij mij op schoot.
Ik heb eenmaal seks gehad met [slachtoffer] . Dat was in 2015, dus toen was ze dertien. Ik ben toen met mijn penis in haar vagina binnengedrongen. Ik heb toen ook haar borsten aangeraakt.
Bewijsoverwegingen
De (bewijs)vraag waarvoor de rechtbank zich gesteld ziet is of verdachte gedurende een langere periode meerdere malen ontuchtige handelingen heeft gepleegd, waaronder het meer dan eens seksueel binnendringen van het lichaam van aangeefster, zoals aangeefster heeft gesteld, of dat verdachte, zoals hij zelf heeft verklaard, ‘slechts’ eenmaal seks (in de zin van geslachtsgemeenschap) met aangeefster heeft gehad, waarbij hij ook haar borsten heeft aangeraakt. De rechtbank ziet geen reden om te twijfelen aan de betrouwbaarheid en de juistheid van de verklaring van aangeefster en oordeelt dat verdachte gedurende een langere periode aangeefster meermaals seksueel heeft misbruikt, waarbij ook sprake is geweest van het meermalig seksueel binnendringen van haar lichaam. De rechtbank overweegt hiertoe als volgt.
Vaststaat dat verdachte en aangeefster een nauwe band hadden. Aangeefster zag verdachte als haar ‘grote broer’ en kwam vaak bij hem en zijn toenmalige echtgenote over de vloer. Dat de relatie steeds inniger werd, waarbij onder meer sprake was van elkaar kietelen en het door aangeefster op verdachtes schoot zitten/liggen, kan eveneens worden vastgesteld, gelet op de verklaringen van aangeefster en verdachte. De verklaringen lopen echter uiteen ten aanzien van de ontuchtige handelingen, die verdachte gedurende meer dan een jaar (meermaals) zou hebben gepleegd. De rechtbank is in dat geval aangewezen op de overige verklaringen in het dossier. In het dossier zitten meerdere de-auditu (‘van horen zeggen’) verklaringen, namelijk die van de moeder van aangeefster en die van het vriendje van aangeefster, [getuige 1] . Met name de verklaringen van [getuige 1] acht de rechtbank van belang voor de bewijsvoering. Zo heeft [getuige 1] verklaard dat hij gedurende de periode van het seksueel misbruik door verdachte hiervan op de hoogte is gesteld door aangeefster.Aangeefster heeft dit ook bevestigd bij de rechter-commissaris.[getuige 1] heeft verklaard dat aangeefster hem op verschillende momenten heeft verteld dat zij (meermaals) door verdachte seksueel is misbruikt, welk misbruik (mede) heeft bestaan in het (meermaals) seksueel binnendringen van haar lichaam.Verder heeft de moeder van aangeefster, [getuige 2] , verklaard over het seksueel misbruik door verdachte. Zij heeft echter verklaard dat aangeefster alleen over één incident heeft gesproken waarbij niet alleen sprake was van ‘friemelen’, maar ook van penetratie door verdachte. Aangeefster wilde het er verder niet over hebben, aldus de moeder van aangeefster.Dit wordt ook bevestigd door aangeefster zelf. Zo heeft aangeefster bij de rechter-commissaris verklaard dat zij zich erg schaamde en daarom niet helemaal open is geweest tegen haar ouders.
Ten aanzien van de hiervoor genoemde getuigenverklaringen overweegt de rechtbank dat het bewijs, dat er gedurende een langere periode sprake is geweest van ontucht, vanuit één bron komt, namelijk van aangeefster. Indien er sprake is van seksueel misbruik zijn er, naast de dader en het slachtoffer, veelal geen andere (oog)getuigen. Niettemin dient om tot een bewezenverklaring te komen de verklaring van aangeefster op specifieke punten steun te vinden in ander bewijsmateriaal, zodat de verklaring niet op zichzelf staat, maar is ingebed in een concrete context die bevestiging vindt in een andere bron.
De rechtbank is van oordeel dat daar in het onderhavige geval wel sprake van is.
Zo hecht de rechtbank waarde aan de verklaring van de ex-vrouw van verdachte, [getuige 3] , waaruit onder meer volgt dat zij bloed had aangetroffen op het matras van haar en haar ex-man, verdachte. Volgens getuige [getuige 3] zei verdachte dat aangeefster bij hem in bed was gekropen en ongesteld was en daarom had gebloed op het matras.De verklaring van de getuige ondersteunt de verklaring van aangeefster dat zij seks met verdachte heeft gehad, terwijl zij ongesteld was, en er toen bloed op het bed was gekomen. Ten aanzien van het bloed op het bed/matras heeft verdachte ter zitting niet iets verklaard waardoor het ook anders kan zijn gegaan. Verdachte heeft verklaard dat hij niet weet hoe het met dat bloed zat en dat het bloed mogelijk na de (enige keer) seks op het bed terecht is gekomen. Deze verklaring acht de rechtbank niet aannemelijk geworden gelet op hetgeen verdachte verder ter zitting heeft verklaard.
Conclusie
Gelet op de aangifte en de getuigenverklaringen schuift de rechtbank de verklaring van verdachte dat er slechts eenmaal sprake is geweest van seks als ongeloofwaardig terzijde en acht zij het tenlastegelegde wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat de rechtbank ervan uitgaat dat het (herhaaldelijk) misbruik in ieder geval vanaf haar 13e jaar heeft plaatsgevonden. Alleen om die reden zal de bewezen verklaarde periode iets korter zijn dan wat aan verdachte is tenlastegelegd..