ECLI:NL:RBMNE:2023:2422
Rechtbank Midden-Nederland
- Schadevergoedingsuitspraak
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn in bestuursrechtelijke procedure
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland op 15 mei 2023, in de zaak tussen eiseres en de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, wordt het verzoek van eiseres om schadevergoeding behandeld. Eiseres verzoekt om vergoeding van proceskosten en immateriële schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn in de bestuursrechtelijke procedure. De rechtbank oordeelt dat de overschrijding van de redelijke termijn in de bestuurlijke fase aan verweerder kan worden toegerekend. De redelijke termijn begint op 13 december 2018, de datum waarop verweerder het voornemen tot het opleggen van boetes bekendmaakte. De rechtbank stelt vast dat de behandelingstermijn op de datum van deze uitspraak met twee jaar en vijf maanden is overschreden, waarvan een jaar en vijf maanden voor rekening van verweerder komt.
De rechterlijke fase begon op 16 juni 2021 en eindigde met deze uitspraak. De rechtbank concludeert dat er geen overschrijding van de redelijke termijn is die voor rekening komt van het Ministerie van Justitie en Veiligheid, omdat de vertraging in de procedure niet aan hen te wijten is. De rechtbank wijst het verzoek om schadevergoeding toe en kent eiseres een schadevergoeding van € 1.500,- toe voor de overschrijding van de redelijke termijn in de bestuurlijke fase. Daarnaast veroordeelt de rechtbank verweerder in de proceskosten van eiseres, vastgesteld op € 1.255,50, en draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 360,- aan eiseres te vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.