Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
handelskamer
1.[gedaagde sub 1] ,
2.2. [gedaagde sub 2] ,
1.De zaak in het kort
Daarom is de voorzieningenrechter van oordeel dat er sprake is van een ongeoorloofde “
fishing expedition”, waarvoor artikel 843a Rv niet is bedoeld. De vorderingen van [eiseres] moeten dan ook worden afgewezen.
2.De procedure
waar [eiseres] , vertegenwoordigd door haar bestuurder: de heer [A] (hierna: [A] ),
3.De feiten
Voorkeursrecht van koop)gesloten tussen enerzijds [eiseres] en anderzijds [gedaagde sub 1] , [C] , [D] en [B] (hierna gezamenlijk: de familie [achternaam gedaagde sub 1/B/C/D] ).
4.Wat vordert [eiseres] ?
[eiseres] heeft op de zitting desgevraagd verklaard dat dit moet zijn: randnummers 33 en 34] van de dagvaarding, waarbij de verstrekking moet geschieden onder begeleiding en toezicht van de reeds betrokken deurwaarders ( [onderneming 3] ) en ICT-deskundigen ( [E] en/of [F] , beiden van [onderneming 2] ), dan wel een andere door de deurwaarder aangewezen deskundige die zich tot geheimhouding heeft verplicht, en waarbij wordt toegestaan dat zij:
subsidiairmet betrekking tot de beslagkosten, ieder voor zich, in de kosten van het onder hen gelegde beslag, althans
meer subsidiairhen in de kosten te veroordelen als het beslag geen doel heeft getroffen in die zin dat feiten aan het licht zijn getreden waaruit blijkt, dat gedaagden als getuigenverhoor inderdaad in strijd met de waarheid hebben verklaard over de door [eiseres] te bewijzen feiten.
5.De beoordeling
[gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] hebben namelijk allebei aangevoerd dat de beslaglegging nog niet is voltooid en dat reeds daarom [eiseres] niet-ontvankelijk is in haar vordering, althans dat haar premature vordering moet worden afgewezen. Zij voeren namelijk aan dat de selectie al had moeten worden gemaakt.
(1) eiser moet op dat moment een rechtmatig belang hebben,
(2) het moet gaan om bepaalde bescheiden,
(3) aangaande een rechtsbetrekking waarin de eiser of zijn rechtsvoorganger partij is en
(4) degene van wie de bescheiden worden gevraagd moet deze te zijner beschikking of onder zijn berusting hebben.
De vordering kan, ook als aan deze voorwaarden is voldaan, worden afgewezen wegens gewichtige redenen of omdat redelijkerwijs kan worden aangenomen dat ook zonder de gevorderde gegevens een behoorlijk rechtsbedeling is gewaarborgd (lid 4).
fishing expedition.Ook de zeer ruime formulering van het petitum van [eiseres] , waarin wordt verwezen naar de betreffende randnummers, duidt hierop. [eiseres] heeft verzocht om, als sprake is van een omvangrijke database, de gegevens te doorzoeken met vele (algemene) zoektermen in ruime tijdvakken. De kans dat hierdoor (per ongeluk) inzage wordt verkregen in communicatie die niet relevant is, is dan niet ondenkbaar. Verder vordert [eiseres] inzage in de communicatie van [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] met diverse getuigen naar aanleiding van het op 28 juli 2022 toegekende voorlopige getuigenverhoor, dat is gehouden op 12 en 14 december 2022, in het tijdvak van 28 juli 2022 en 23 december 2022 (het zogenoemde “napraten”). Ook dat verzoek gaat ver en is ruim geformuleerd. Er wordt immers inzage gevorderd van (alle) communicatie naar aanleiding van het getuigenverhoor tussen partijen en getuigen gedurende een gerechtelijke procedure, in een ruim tijdvak zonder dat [eiseres] concrete aanknopingspunten geeft op grond waarvan kan worden beoordeeld of aan de vereisten van artikel 843a Rv wordt voldaan. [eiseres] geeft ook zelf aan dat het niet zeker is dat in deze periode langs die weg is gecommuniceerd, maar dat het, volgens haar, wel alleszins aannemelijk is. Dit wijst eveneens op een ongeoorloofde
fishing expedition. [eiseres] “vist” naar bepaalde correspondentie, waarvan niet vast staat dat die bestaat en ook niet vast staat dat de beslagenen daarover beschikken. Dit gaat te ver om nog als betrekking hebbend op voldoende bepaalde bescheiden te mogen aanmerken.
fishing expedition. Artikel 843a Rv biedt géén grond voor het opvragen van bescheiden waarvan een partij indicaties heeft of vermoedt dat de wederpartijen over die stukken beschikt en waarvan zij vermoedt dat die bescheiden wel eens steun kunnen geven aan haar stellingen.
1.079,00
1.079,00