Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
[veroordeelde] ,
onherroepelijk en een incident waarbij het gelet op de aard volstrekt onaannemelijk
is dat het zich nogmaals gaat voordoen. Er is sprake van een incident in de huiselijke
sfeer wat door veroordeelde is bekend. Tegen die achtergrond is sprake van het ontbreken van enig herhalingsgevaar. Bovendien is van belang dat niet valt in te zien in hoeverre gezien
de feiten en omstandigheden het DNA-profiel op enigerlei wijze een rol van betekenis
zou kunnen spelen in dezen. De opslag van DNA-materiaal en de bepaling, verwerking en opslag van DNA-profielen maakt voorts inbreuk op het in artikel 8 EVRM vervatte recht op privacy.
verpleegkundige. Derhalve is niet voldaan aan het bepaalde in art. 5 lid 3 Wdov jo art. 3
lid 3 Besluit DNA-onderzoek in strafzaken.
Reeds op deze grond dient het bezwaarschrift gegrond te worden verklaard.
Blijkens het op 3 januari 2023 op ambtseed opgemaakte proces-verbaal heeft veroordeelde geen bezwaar gemaakt tegen afname door deze daartoe gecertificeerde en aangewezen opsporingsambtenaar in plaats van afname door een arts of verpleegkundige. Veroordeelde heeft geen feiten of omstandigheden gesteld waaruit aannemelijk wordt dat ten aanzien van de bevoegdheid van de afnemer voorschriften zouden zijn geschonden.
verklaart het bezwaar gegrond;
beveelt de officier van justitie ervoor zorg te dragen dat het celmateriaal van veroordeelde terstond wordt vernietigd.