ECLI:NL:RBMNE:2023:2750
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Besluit tot niet verstrekken van bedrijfskapitaal in het kader van schulddienstverlening
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 24 mei 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een voormalig eigenaar van een schoonheidssalon, en het dagelijks bestuur van de RDWI. Eiseres had in het verleden een bedrijfskapitaal van € 21.000,- ontvangen op basis van het Besluit bijstand zelfstandigen (Bbz) en had een Bbz-uitkering ontvangen vanwege gezondheidsproblemen. Na de verkoop van haar salon in september 2019, heeft eiseres een aanvraag ingediend voor schulddienstverlening en om een verlenging van de Bbz-uitkering en een aanvullend bedrijfskapitaal van € 10.000,-.
Verweerder heeft op 26 augustus 2020 een Bbz-uitkering en een bedrijfskapitaal van € 10.000,- toegekend, maar heeft later, op 2 november 2021, besloten dat het bedrijfskapitaal niet verstrekt zou worden omdat er geen schuldenregeling tot stand was gekomen. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar dit werd ongegrond verklaard. De rechtbank heeft op 4 april 2023 de zaak behandeld, waarbij beide partijen vertegenwoordigd waren.
De rechtbank oordeelt dat verweerder terecht heeft besloten het bedrijfskapitaal niet meer beschikbaar te stellen, omdat eiseres niet voldeed aan de voorwaarden voor het verkrijgen van het kapitaal. Eiseres had niet kunnen aantonen dat er een schuldenregeling tot stand was gekomen, en de rechtbank concludeert dat verweerder voldoende inspanningen heeft geleverd om tot een regeling te komen. Het beroep van eiseres is ongegrond verklaard, wat betekent dat zij geen gelijk krijgt en geen vergoeding van proceskosten ontvangt.