In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 17 april 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijk beroep dat door eiser was ingediend tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van de gemeente Vijfheerenlanden, gedateerd 18 november 2022. Eiser had het griffierecht van € 50,- niet op tijd betaald, wat leidde tot de niet-ontvankelijkheid van het beroep. De rechtbank heeft partijen niet uitgenodigd voor een zitting, omdat dit in deze specifieke zaak niet nodig werd geacht. De rechtbank heeft eiser op 2 februari 2023 een aangetekende brief gestuurd waarin hij werd geïnformeerd dat het griffierecht binnen vier weken moest worden betaald. Aangezien het griffierecht niet tijdig was ontvangen en eiser geen geldige reden had opgegeven voor deze vertraging, kon de rechtbank het beroep niet inhoudelijk behandelen. De rechtbank heeft de zaak op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) als kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. Er is geen sprake van een vergoeding van proceskosten, aangezien het beroep niet inhoudelijk is behandeld. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens zijn met de uitspraak.