Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[betrokkene], uit [woonplaats] , betrokkene
Inleiding
Wat ging aan deze procedure vooraf
Wat vindt het UWV
.
Rechtbank Midden-Nederland
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland op 22 augustus 2023, wordt het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn aanvraag voor een WIA-uitkering door het UWV behandeld. Eiser, die als bewindvoerder optreedt voor betrokkene, is het niet eens met de beslissing van het UWV dat betrokkene op 26 december 2020 slechts 15,84% arbeidsongeschikt is. Eiser stelt dat de medische grondslag van het bestreden besluit niet volledig is en dat de beperkingen van betrokkene onvoldoende zijn weergegeven in de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML).
De rechtbank oordeelt dat het UWV terecht heeft besloten dat betrokkene geen recht heeft op een WIA-uitkering. De rechtbank concludeert dat de verzekeringsarts B&B de medische belastbaarheid van betrokkene op overtuigende wijze heeft gemotiveerd. Eiser heeft geen medische informatie overgelegd die de stelling ondersteunt dat er meer beperkingen voor betrokkene moeten worden aangenomen. De rechtbank wijst erop dat de FML van 9 juni 2022 adequaat is en dat de door het UWV geselecteerde functies geschikt zijn voor betrokkene.
De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond, wat betekent dat hij geen gelijk krijgt en dat de door hem gemaakte proceskosten niet worden vergoed. De uitspraak is openbaar uitgesproken en kan worden aangevochten bij de Centrale Raad van Beroep binnen zes weken na verzending.