ECLI:NL:RBMNE:2023:4515
Rechtbank Midden-Nederland
- Voorlopige voorziening
- E.E.M. van Abbe
- I.M. de Graaf
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening bijstandsuitkering Participatiewet wegens gebrek aan spoedeisend belang
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland, zittingsplaats Utrecht, wordt het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoekster afgewezen. Verzoekster had een aanvraag voor een bijstandsuitkering ingediend op 24 november 2022, maar deze werd door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht niet in behandeling genomen. Na een nieuw verzoek op 27 januari 2023, dat op 2 mei 2023 werd afgewezen, heeft verzoekster bezwaar aangetekend. De voorzieningenrechter heeft op 24 augustus 2023 de zaak behandeld.
De voorzieningenrechter oordeelt dat verzoekster niet aannemelijk heeft gemaakt dat er sprake is van een spoedeisend belang. Hoewel verzoekster financiële problemen heeft, is er geen onomkeerbare situatie die een voorlopige voorziening rechtvaardigt. De voorzieningenrechter wijst erop dat verzoekster een voorschot heeft ontvangen op haar nieuwe aanvraag, wat de noodzaak voor een spoedeisende voorziening verder ondermijnt.
Daarnaast is het bestreden besluit van verweerder niet evident onrechtmatig, aangezien verweerder heeft aangegeven dat er nog steeds aanvullende gegevens ontbreken die nodig zijn om de aanvraag te kunnen beoordelen. De voorzieningenrechter concludeert dat er geen aanleiding is om de belangenafweging in het voordeel van verzoekster te laten uitvallen, en wijst het verzoek om voorlopige voorziening af. De uitspraak is gedaan op 1 september 2023 en is openbaar uitgesproken.