Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
1.De procedure
- de eiswijziging/aanvulling van eis,
2.Waar gaat de zaak over
3.De beoordeling
€ 1.079,00(tarief gemiddelde zaak)
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak, die voor de Rechtbank Midden-Nederland is behandeld, gaat het om een kort geding tussen twee zussen, [eiseres (voornaam)] en [gedaagde (voornaam)]. De eiseres vordert haar herinschrijving als bestuurder bij de Kamer van Koophandel van twee stichtingen en een besloten vennootschap, nadat zij ten onrechte door haar zus, de gedaagde, was uitgeschreven. De zussen hebben samen stichtingen en een vennootschap opgericht, waarbij zij beiden als bestuurders zijn aangesteld. De gedaagde heeft in maart 2023 de eiseres met terugwerkende kracht uitgeschreven, zonder dat de eiseres daarvan op de hoogte was of daarmee instemde. De eiseres heeft de gedaagde gesommeerd om haar weer in te schrijven, maar de gedaagde heeft hieraan geen gehoor gegeven, wat heeft geleid tot dit kort geding.
Tijdens de mondelinge behandeling op 23 augustus 2023 heeft de voorzieningenrechter, mr. D. Wachter, de zaak gehoord. De eiseres heeft voldoende spoedeisend belang aangetoond, omdat zij als bestuurder toegang moet hebben tot de gegevens en financiën van de stichtingen en de vennootschap. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de uitschrijving van de eiseres in strijd is met de statuten van de stichtingen, aangezien er schriftelijke ontslagname vereist is. De gedaagde heeft geen bewijs geleverd dat de eiseres mondeling heeft ingestemd met haar uitschrijving.
De voorzieningenrechter heeft de vorderingen van de eiseres toegewezen, inclusief de herinschrijving als bestuurder en de wijziging van de adressen van de stichtingen. Tevens is er een dwangsom opgelegd voor het geval de gedaagde niet aan de veroordelingen voldoet. De gedaagde is ook veroordeeld in de proceskosten van de eiseres. Dit vonnis is uitgesproken op 1 september 2023.