In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedateerd 7 februari 2023, is het beroep van eiseres tegen het niet tijdig beslissen door de Belastingdienst/Toeslagen over haar aanvraag voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag gegrond verklaard. Eiseres had op 21 mei 2021 een aanvraag ingediend, maar de Belastingdienst heeft niet tijdig op deze aanvraag beslist. Eiseres heeft op 27 december 2022 beroep ingesteld, nadat de Belastingdienst in gebreke was gesteld op 6 mei 2022. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden en dat het beroep kennelijk gegrond is.
De rechtbank heeft de Belastingdienst opgedragen om alsnog binnen een termijn van twaalf weken na de uitspraak een besluit te nemen. Dit is gedaan om te voorkomen dat de Belastingdienst een dwangsom verbeurt zonder dat hij hier iets aan kan doen. De rechtbank heeft bepaald dat de Belastingdienst een dwangsom van € 100,- per dag moet betalen voor elke dag dat hij de beslistermijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast is de Belastingdienst veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van eiseres, die zijn vastgesteld op € 418,50, en het griffierecht van € 50,-. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.