ECLI:NL:RBMNE:2023:7751

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
4 januari 2023
Publicatiedatum
21 augustus 2024
Zaaknummer
C/16/536914 / HA RK 22-78
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Inzageverzoek persoonsgegevens op forum van publieke omroep en de journalistieke exceptie

In deze beschikking van de Rechtbank Midden-Nederland, uitgesproken op 4 januari 2023, staat het inzageverzoek van een verzoeker centraal die persoonsgegevens opvraagt van een publieke omroep, [verweerster], waar hij actief is op een forum. De verzoeker, die onder het pseudoniem '[profielnaam]' op het forum deelneemt, heeft meer dan 20.000 berichten geplaatst en vraagt om inzage in de persoonsgegevens die [verweerster] over hem heeft verwerkt, met betrekking tot vermeende overtredingen van de huisregels van het forum. De rechtbank behandelt de vraag of het pseudoniem '[profielnaam]' als een persoonsgegeven kan worden beschouwd en of de verzoeker recht heeft op inzage in de gevraagde gegevens onder de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). De rechtbank oordeelt dat het pseudoniem wel degelijk aan de verzoeker kan worden gekoppeld en dat de journalistieke exceptie, waar [verweerster] zich op beroept, niet van toepassing is. De rechtbank wijst het verzoek van de verzoeker voor een deel toe, waarbij [verweerster] wordt veroordeeld om binnen 30 dagen de gevraagde informatie te verstrekken, en veroordeelt [verweerster] in de proceskosten. De beschikking benadrukt het belang van het inzagerecht onder de AVG en de voorwaarden waaronder dit recht kan worden uitgeoefend.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Civiel recht
handelskamer
locatie Utrecht
zaaknummer / rekestnummer: C/16/536914 / HA RK 22-78
Beschikking van 4 januari 2023
in de zaak van
[verzoeker],
wonende te [woonplaats] ,
verzoeker,
verder te noemen: [verzoeker] ,
verschenen in persoon,
tegen
[verweerster] ,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
verweerster,
verder te noemen: [verweerster] ,
gemachtigde: mr. G. Rietkerk, bedrijfsjurist.

1.De procedure

1.1.
Op 25 maart 2022 is bij de rechtbank het verzoekschrift van [verzoeker] gebaseerd op de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) met 3 producties ontvangen.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 10 augustus 2022. Daar zijn verschenen [verzoeker] en mr. Rietkerk. Mr. Rietkerk heeft een pleitnota overgelegd en voorgedragen. Van hetgeen verder is besproken heeft de griffier aantekeningen bijgehouden. Op de mondelinge behandeling heeft [verzoeker] een formulier proceskosten overgelegd. Namens [verweerster] zijn een tweetal overzichten overgelegd getiteld ‘Gegevens in en rond forum’ en ‘Gegevens van A (met cursief na identificatie)’.
Partijen hebben afgesproken de zaak aan te houden voor minnelijk overleg en dat zij uiterlijk 1 september 2022 de rechtbank informeren over het vervolg van de procedure.
1.3.
Op 16 augustus 2022 heeft [verzoeker] ter griffie een Akte van Bezwaar ingediend. Daarin maakt [verzoeker] bezwaar tegen de – in zijn ogen te omvangrijke – pleitnota en vraagt hij om in de gelegenheid te worden gesteld daarop schriftelijk te reageren.
1.4.
Op 25 augustus 2022 is ter griffie ingekomen een door [verzoeker] en mr. Rietkerk ondertekende brief waarin zij vragen de procedure verder aan te houden. In de brief heeft [verzoeker] de Akte van Bezwaar ingetrokken.
1.5.
Op 7 oktober 2022 is ter griffie ingekomen de brief van [verzoeker] waarin hij meedeelt dat partijen niet tot een minnelijke regeling zijn gekomen. Verder verzoekt hij om schriftelijk te mogen reageren op de pleitnota dan wel indien de rechtbank dat afwijst om beschikking. Bij brief ter griffie ingekomen op 14 oktober 2022 heeft [verweerster] – samengevat – gevraagd om beschikking.
1.6.
Beschikking is bepaald op heden.

2.Waar gaat het om?

2.1.
[verweerster] is een Nederlandse publieke omroep die onder meer het (consumenten) televisieprogramma [programma] maakt en uitzendt.
2.2.
Op haar website [website] / biedt [verweerster] een forum aan onder de naam [forum] ’ (hierna: forum). Op dit forum kunnen mensen die zich hebben geregistreerd artikelen plaatsen (zogenoemde topics) en op artikelen/reacties van anderen reageren. Gebruikers van het forum dienen zich te houden aan de ‘Huisregels en gebruiksvoorwaarden’. Het forum wordt beheerd en gemodereerd door de Moderator.
2.3.
[verzoeker] neemt onder het profiel ‘ [profielnaam] ’ deel aan het forum. Sinds 2015 heeft hij meer dan 20.000 berichten op het forum geplaatst. Hij wil dat [verweerster] hem de (persoons)gegevens verstrekt waar hij om vraagt, die zijn hem niet gegeven en daarom is hij deze procedure gestart.
2.4.
Op 14 juni 2021 is door ‘ [profielnaam] ’ op het forum een persoonlijk bericht aan [verweerster] gestuurd met als onderwerp ‘Re: [onderwerp] ’. Daarin schrijft hij:
“(…) Zou u zo vriendelijke willen om, ter behoeve van mijn administratie, een afschrift van de volgende berichten aan mij te verstrekken?
- het openingsbericht uit het [topic] topic;
- de berichten, waarin ik mij volgens u schuldig zou hebben gemaakt aan het uitvechten van een persoonlijke ruzie:
- de berichten. waarin ik mij volgens u schuldig zou hebben gemaakt aan het schrijven van een offtopic bericht.
Ik dank u bij voorbaat voor uw medewerking.
Met vriendelijke groet.
[profielnaam] (…)”
2.5.
Op 3 februari 2022 heeft de moderator van het forum ‘ [profielnaam] ’ een ban gegeven van één maand wegens een ruzie op het forum met een andere deelnemer(s).
2.6.
Op 21 februari 2022 vraagt [verzoeker] onder de naam ‘ [profielnaam] ’ aan [verweerster] in een e-mailbericht om het volgende:
“(…) Ik verzoek u om mij een kopie te verstrekken van alle informatie over mijn persoon die u heeft verwerkt met betrekking tot overtredingen.
Ik verzoek u per overtreding, waarvan u meent dat ik deze zou hebben gepleegd te ontvangen:

welke huisregel ik zou overtreden;

het door mij geschreven bericht, waarin ik volgens u de huisregels zou hebben overtreden;

het openingsbericht van het topic en andere berichten van anderen, voor zover deze relevant zijn om de overtreding vast te stellen;

eventueel commentaar op het bericht, dat u heeft opgenomen in uw administratie;

voor zover van toepassing, wat u hierover naar derden en mij heeft aangegeven;
Ik verzoek u per overtreding, waarvan u meent dat derden deze jegens mij zouden hebben gepleegd te ontvangen:

de opmerkingen van deze derde over mij, waarmee deze derde volgens u de huisregels zou hebben overtreden
Ik verzoek u ook om aan te geven wat uw doel bij de verwerking van de bovenstaande informatie, wie de bovenstaande informatie van u heeft ontvangen en, wanneer u de bovenstaande informatie naar verwachting zal verwijderen.
Met vriendelijke groet,
[profielnaam] ”
2.7.
Op 7 maart 2022 is door ‘ [profielnaam] ’ op het forum een persoonlijk bericht aan [verweerster] gestuurd met als onderwerp ‘Herinnering verzoek om informatie’, waarin hij – samengevat – verwijst naar de e-mail van 12 februari 2022 en nogmaals verzoekt de gevraagde informatie over te leggen.

3.Het verzoek en het verweer

3.1.
[verzoeker] verzoekt om [verweerster] te veroordelen:
tot het verstrekken van een kopie van de onderstaande persoonsgegevens:
per overtreding van hem op de huisregels:
i. welke huisregel door hem overtreden zou zijn;
ii. het door hem geschreven bericht, waarin hij de huisregels zou hebben overtreden;
iii. het openingsbericht van het topic en andere berichten van anderen, voor zover dat noodzakelijk is om de juistheid van de vermeende overtreding vast te stellen;
iv. het verwerkte commentaar van de moderator op het bericht c.q. overtreding;
v. wat hierover is gecommuniceerd naar hem en naar derden;
per overtreding op de huisregels door derden:
i. de opmerkingen van deze derde over hem, waarmee deze derde volgens u de huisregels zou hebben overtreden;
2. tot het verstrekken van de overige informatie zoals bedoeld in artikel 15 lid 1 onder a t/m h AVG, met betrekking tot de bovenstaande persoonsgegevens.
Dit op straffe van een dwangsom, waarvan de omvang in goede justitie nader door de rechtbank moet worden bepaald, en met veroordeling van [verweerster] in de proceskosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.
3.2.
Ter onderbouwing van zijn verzoek voert [verzoeker] – samengevat – aan dat hij op grond van artikel 15 lid 1 AVG recht heeft om te horen welke persoonsgegevens van hem verwerkt zijn en zo nodig een volledig en begrijpelijk overzicht daarvan te krijgen.
3.3.
Door [verweerster] is mondeling verweer gevoerd tegen het verzoek met als conclusie dat de rechtbank deze zal afwijzen, met veroordeling van [verzoeker] in de proceskosten. Zij voert – samengevat – het volgende aan: primair dat het pseudoniem ‘ [profielnaam] ’ geen persoonsgegeven is, subsidiair dat de journalistieke exceptie van toepassing is, meer subsidiair dat [verzoeker] geen recht heeft op gegevens die er zijn en hij nog niet heeft en meer subsidiair dat [verzoeker] geen belang heeft.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Artikel 15 lid 1 AVG waar [verzoeker] zich op beroept, bepaalt dat de persoon van wie persoonsgegevens worden verwerkt het recht heeft om van de verwerkingsverantwoordelijke uitsluitsel te verkrijgen over het al dan niet verwerken van hem betreffende persoonsgegevens. Wanneer dat het geval is dient men inzage te verkrijgen van die persoonsgegevens en van (onder meer) de verwerkingsdoeleinden, de betrokken categorieën van persoonsgegevens, de ontvangers of categorieën van ontvangers aan wie de persoonsgegevens zijn of zullen worden verstrekt, en de periode gedurende welke de persoonsgegevens naar verwachting zullen worden opgeslagen, dan wel de criteria om die termijn te bepalen.
Is het pseudoniem ‘ [profielnaam] ’ een persoonsgegeven?
4.2.
Allereerst bestaat tussen partijen discussie of het pseudoniem ‘ [profielnaam] ’ een persoonsgegeven is. [verweerster] betwist dit omdat de identificeerbaarheid ontbreekt. In het contact is altijd het pseudoniem ‘ [profielnaam] ’ gebruikt en nimmer de naam ‘ [verzoeker] ’. Zij betwist dat [verzoeker] schuilgaat achter het pseudoniem. Volgens [verzoeker] is het pseudoniem wel een persoonsgegeven, omdat dit aan hem te koppelen is via het IP-adres dat [verweerster] verwerkt. Door een beroep op het Lycos/Pessers-arrest (in geval van inbreuk op auteursrechten) of door de gegevens aan het openbaar ministerie te geven (indien hij een misdrijf pleegt) kan [verweerster] het pseudoniem via het IP-adres aan hem koppelen. Daar heeft [verweerster] tegen aangevoerd dat er geen enkele reden is om te veronderstellen dat het openbaar ministerie of de internetprovider positief zou reageren op een verzoek van haar om identificatie aan de hand van de gebruikte dynamische IP-nummers.
4.3.
De rechtbank overweegt als volgt. Onder ‘persoonsgegeven’ wordt verstaan alle informatie over een geïdentificeerde of identificeerbare persoon. [1] Ook gepseudonimiseerde gegevens die door het gebruik van aanvullende gegevens aan een natuurlijke persoon kunnen worden gekoppeld, moeten als gegevens over een identificeerbare natuurlijke persoon worden beschouwd. [2] Op de mondelinge behandeling heeft [verzoeker] aangetoond dat hij schuilgaat achter het profiel ‘ [profielnaam] ’ door ten overstaan van de rechter te laten zien dat hij op het forum kan inloggen op dit profiel. Daar volgt uit dat het pseudoniem aan [verzoeker] kan worden gekoppeld. [verweerster] heeft daarop haar primaire verweer laten varen. De beantwoording van de vraag of [verweerster] het profiel via het IP-adres aan [verzoeker] kan koppelen, kan daarom achterwege blijven.
Komt [verweerster] een beroep toe op de journalistieke exceptie?
4.4.
[verweerster] doet een beroep op de journalistieke exceptie van artikel 43 UAVG. Daartoe voert zij aan dat, hoewel zij zelf geen journalistiek-inhoudelijk bijdragen op het forum plaatst, het forum onderdeel uitmaakt van een journalistiek pakket (televisie programma en een uitgebreide website) dat is gericht op het dienen van het publiek met informatie, meningen en ideeën. Zij heeft dus een groot belang bij de ‘vrijheid van meningsuiting’ bij het forum. Bovendien zou de plicht tot het geven van inzage in de communicatie met en tussen gebruikers een afkoelend effect hebben, omdat gebruikers zich dan afvragen of zij nog wel mee willen doen. Dat moet worden voorkomen.
4.5.
De rechtbank overweegt dat op verwerkingen van persoonsgegevens voor journalistieke doeleinden de bepalingen in de AVG waarin de rechten van de betrokkenen zijn gespecificeerd (waaronder het recht op inzage) niet van toepassing zijn. [3] Uit de considerans van de AVG volgt dat, gelet op het belang van het recht van vrijheid van meningsuiting in elke democratische samenleving, de begrippen die betrekking hebben op die vrijheid, zoals journalistiek, ruim dienen te worden uitgelegd. [4] Het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ EU) heeft in zijn arrest van 16 december 2008 beslist dat van verwerking van persoonsgegevens ‘uitsluitend voor journalistieke doeleinden’ als bedoeld in artikel 9 Privacyrichtlijn [5] sprake is indien die verwerking als enig doel heeft de bekendmaking aan het publiek van informatie, meningen of ideeën, ongeacht het overdrachtsmedium. [6] Of de bekendmaking aan het publiek ook een winstoogmerk heeft is daarvoor niet relevant.
4.6.
De verwerking van persoonsgegevens zoals deze door [verweerster] verricht wordt is naar het oordeel van de rechtbank geen journalistieke verwerking. [verweerster] is ten aanzien van het forum louter hostingprovider. In dat kader biedt zij een platform aan derden voor het plaatsen van artikelen en reacties. Zij modereert slechts of die berichten voldoen aan haar huisregels. Zij levert op het forum zelf geen eigen journalistiek-inhoudelijke bijdragen. Met andere woorden; zij biedt aan derden een digitaal “prikbord” voor artikelen en reacties zonder een eigen bijdrage. In die context kunnen haar werkzaamheden niet worden aangemerkt als een journalistieke activiteit. Het gegeven dat het forum onderdeel uitmaakt van het pakket met een televisie programma en een uitgebreide website maakt dat niet anders. Het beroep van de [verweerster] op de journalistieke exceptie slaagt daarom niet.
Heeft [verzoeker] belang bij inzage?
4.7.
[verweerster] heeft verder aangevoerd dat [verzoeker] het verzoek enkel heeft gedaan om verwijderde of gewijzigde berichten en oordelen van en over anderen terug te halen. Dat volgt ook uit zijn verzoek van 14 juni 2021, waarin het alleen gaat om informatie ten aanzien van de persoonlijke ruzie met een ander forum deelnemer. [verzoeker] heeft zijn verzoek alleen gedaan omdat hij de discussies met de andere forum deelnemers wil voortzetten en besluiten die genomen zijn bij het modereren ter discussie wil stellen, aldus [verweerster] .
4.8.
Voorop gesteld wordt dat een betrokkene in beginsel niet hoeft te motiveren of te onderbouwen waarom hij/zij een inzageverzoek doet onder de AVG. De betrokkene hoeft bij de uitoefening van zijn inzagerecht niet een bepaald belang te stellen of het doel te vermelden dat hij met de inzage wil bereiken. Het enkele feit dat over hem gegevens worden verwerkt en dat hij wil controleren of de verwerking juist en rechtmatig zijn is voldoende. Dat betekent niet dat een inzageverzoek nooit misbruik van bevoegdheid kan opleveren. Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn als het inzagerecht wordt gebruikt voor een ander doel dan controle of persoonsgegevens juist en rechtmatig worden verwerkt. Het is aan de verwerkingsverantwoordelijke om misbruik van bevoegdheid aan te tonen.
4.9.
Dat het doel van [verzoeker] bij zijn inzageverzoek enkel ziet op een ander doel dan controle of de persoonsgegevens juist en rechtmatig zijn verwerkt, heeft [verweerster] onvoldoende onderbouwd. Dit betekent dat van misbruik van bevoegdheid en hij geen belang bij inzage heeft geen sprake is.
Op welke gegevens heeft [verzoeker] recht?
4.10.
Het inzagerecht is beperkt tot persoonsgegevens. Dit begrip moet ruim worden uitgelegd. Het HvJ EU heeft in zijn arrest van 20 december 2017 overwogen dat het begrip persoonsgegevens zich potentieel uitstrekt tot elke soort informatie, zowel objectieve als subjectieve informatie die de betrokkene betreft. Van dat laatste is sprake als de informatie wegens haar inhoud, doel of gevolg gelieerd is aan een natuurlijk persoon. [7] Dit betekent dat als de gegevens mede bepalend zijn voor de wijze waarop de betrokken persoon in het maatschappelijk verkeer wordt beoordeeld of behandeld die gegevens als persoonsgegevens worden aangemerkt. Niet alleen gegevens op basis waarvan een natuurlijk persoon geïdentificeerd kan worden, maar ook feitelijke of waarderende gegevens over eigenschappen, opvattingen of gedragingen van een persoon zijn dus persoonsgegevens. Voor zover dergelijke gegevens geautomatiseerd worden verwerkt of voorkomen in bestanden is het inzagerecht daarop van toepassing.
4.11.
Artikel 15 lid 3 AVG bepaalt dat aan de betrokkene een kopie van de persoonsgegevens die worden verwerkt moet worden verstrekt. Het recht op inzage betekent echter niet dat de betrokkene zonder meer recht heeft op alle documenten (afschriften/dossiers) waarin de persoonsgegevens voorkomen. Indien er een alternatieve wijze is om inzage te verstrekken, zoals het verschaffen van een volledig overzicht van de verwerkte persoonsgegevens, dan volstaat dat. Uitgangspunt is dat betrokkene in staat wordt gesteld kennis te nemen van zijn gegevens en te controleren of zij juist zijn en rechtmatig zijn verwerkt. De vorm waarop inzage in persoonsgegevens moet worden gegeven hangt dus af van de omstandigheden. [8]
4.12.
Uit het voorgaande volgt ook dat bij een algemeen geformuleerd inzageverzoek van de verwerkingsverantwoordelijke in principe slechts kan worden verwacht dat zij een algemeen onderzoek verricht naar de door haar van betrokkene verwerkte persoonsgegevens en dus ook een algemeen overzicht verstrekt. Bij een concreter geformuleerd verzoek ligt dit anders. Dan kan van een verwerkingsverantwoordelijke worden verwacht een meer indringender onderzoek te doen en een concreet overzicht te verstrekken.
4.13.
Op de mondelinge behandeling heeft [verweerster] een overzicht verstrekt van de persoonsgegevens die zij heeft verwerkt van ‘ [profielnaam] ’. In het overzicht maakt zij onderscheid in drie categorieën:
wat online staat;
persoonlijke berichten van de moderator. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen de berichten die de moderator heeft gestuurd aan ‘ [profielnaam] ’ en berichten die de moderator heeft gestuurd aan andere gebruikers waarin de naam ‘ [profielnaam] ’ is genoemd. Deze berichten gaan over het algemeen over het gedrag van de gebruiker en worden beperkt bewaard voor ongeveer een half jaar.
logs van (oude) artikelen/reacties. Deze zijn onder te verdelen in drie subcategorieën. De eerste subcategorie ziet op het handelen van de moderator ten aanzien van een bericht. Daarbij is geregistreerd de naam van het ‘topic’, van wie het bericht was, of het bericht is verwijderd dan wel gewijzigd en soms ook de reden. De berichten zelf zijn verwijderd. De tweede subcategorie gaat over het handelen van de moderator ten aanzien van een heel ‘topic’. De ‘topics’ worden soms nog apart bewaard indien er vrees is dat daarover nog een (juridisch) geschil ontstaat. De derde subcategorie ziet op het handelen van een gebruiker zelf. Daarbij is geregistreerd de naam van het ‘topic’, het IP-adres en dat er iets verwijderd is. Het originele bericht is weg.
4.14.
Het verzoek van [verzoeker] ziet toe op het verstrekken van de persoonsgegevens die verband houden met elke overtreding van de huisregels. Op de mondelinge behandeling heeft [verzoeker] nader toegelicht dat hij niet van alle berichten kopieën wil, maar wel van de tekstfragmenten die [verweerster] in privé opslaat of bewaard aangezien hij van die berichten niet op de hoogte is. Voorop gesteld wordt dat voor zover [verzoeker] vraagt om inzage in welke huisregel hij heeft overtreden, het openingsbericht en berichten van anderen en/of de moderator (waarin zijn persoonsgegevens niet voorkomen), dit niet gaat om persoonsgegevens en dus niet valt onder het inzagerecht.
Niet ter discussie staat dat [verzoeker] een enorme hoeveelheid berichten (ca. 20.000) op het forum van [verweerster] heeft geplaatst en dat [verweerster] derhalve veel persoonsgegevens van [verzoeker] heeft verwerkt. Mede daarom is het inzageverzoek van [verzoeker] algemeen, zodat [verweerster] slechts een algemeen onderzoek hoefde te verrichtten naar de door haar van [verzoeker] verwerkte persoonsgegevens en kan zij volstaan met een algemeen verwerkingsoverzicht. Naar het oordeel van de rechtbank heeft [verweerster] in het licht van het algemeen geformuleerde verzoek van [verzoeker] met het door haar ter zitting overgelegde verwerkingsoverzicht voldaan aan het inzagerecht. Dit overzicht stelt [verzoeker] in staat om kennis te nemen van de persoonsgegevens die [verweerster] van hem heeft verwerkt en om te controleren of die juist zijn en rechtmatig zijn verwerkt. Dit betekent dat het verzoek van [verzoeker] genoemd in 3.1. van deze beschikking onder 1. wordt afgewezen.
4.15.
Voor zover [verzoeker] inzage wil hebben in zijn door (de moderator van) [verweerster] verwijderde berichten, ligt het op zijn weg om zijn verzoek meer specifiek en concreet bij [verweerster] aan te geven. Bijvoorbeeld aan de hand van een artikel/topic. Voor zover deze nog niet zijn verwijderd, dient [verweerster] dan ook de berichten die [verzoeker] onder zijn pseudoniem heeft geschreven te overleggen. Al blijft ook dan gelden dat [verzoeker] niet zonder meer recht heeft op een kopie van de berichten van anderen.
4.16.
De rechtbank constateert dat in het door [verweerster] ter zitting overgelegde verwerkingsoverzicht de informatie zoals omgeschreven in artikel 15 lid 1 onder a tot en met h AVG ontbreekt. [verweerster] heeft daarover niets gezegd. Omdat niet gebleken is dat op een andere wijze hier wel aan is voldaan en [verweerster] op dit punt geen specifiek verweer heeft gevoerd dient [verweerster] deze informatie daarom nog te verstrekken. Daarbij gelden ook hiervoor de uitgangspunten die de rechtbank in deze beschikking heeft overwogen.
De dwangsom
4.17.
De rechtbank ziet geen grond om aan de veroordeling een dwangsom te verbinden, zoals door [verzoeker] is verzocht. Daarvoor is redengevend dat de veroordeling alleen strekt tot overlegging van de algemene informatie zoals omgeschreven in artikel 15 lid 1 onder a tot en met h AVG. Het (geldelijk) belang van de veroordeling is relatief beperkt en [verweerster] heeft zich met de ter zitting verstrekte gegevens niet weigerachtig getoond.
De proceskosten
4.18.
Omdat het verzoek voor een deel wordt toegewezen en [verweerster] pas in de loop van deze procedure een overzicht heeft verstrekt is zij gehouden tot vergoeding van het door [verzoeker] betaalde griffierecht.
4.19.
Dit betekent dat [verweerster] wordt veroordeeld in de proceskosten, die tot op heden aan de zijde van [verzoeker] zijn begroot op het griffierecht van € 314,00, met de wettelijke rente als verzocht. Aangezien [verzoeker] geen gemachtigde of advocaat heeft ingeschakeld is voor een verdere kostenveroordeling geen plaats.

5.De beslissing

De rechtbank:
5.1.
veroordeelt [verweerster] om binnen 30 dagen na dagtekening van deze beschikking aan [verzoeker] te verstrekken de informatie zoals omgeschreven in artikel 15 lid 1 onder a tot en met h AVG;
5.2.
veroordeelt [verweerster] in de proceskosten, tot op heden aan de zijde [verzoeker] begroot op € 314,00 aan griffierecht, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 30 dagen na dagtekening van deze beschikking indien niet binnen deze termijn is voldaan;
5.3.
verklaart deze veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
5.4.
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.P. Killian en in het openbaar uitgesproken op 4 januari 2023. [9]

Voetnoten

1.______________________________
2.Overweging 26 considerans AVG.
3.______________________________
4.Overweging 153 van de considerans AVG.
5.Richtlijn 95/46/EG, welke richtlijn is voortgezet in de AVG.
6.HvJ EU 16 december 2008, C-73/07, ECLI:C:2008:727 (Satamedia), r.o. 62.
7.______________________________
8.______________________________
9.type: