In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedateerd 4 maart 2024, wordt het beroep van eiser behandeld dat op 29 augustus 2023 is ingediend. Eiser heeft geklaagd dat verweerder, het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht, niet tijdig heeft beslist op zijn verzoek om informatie op basis van de Wet open overheid (Woo). De rechtbank heeft vastgesteld dat verweerder de beslistermijn heeft overschreden. Eiser had zijn verzoek op 19 november 2022 ingediend, en verweerder had uiterlijk op 2 januari 2023 moeten beslissen. Eiser heeft verweerder op 6 januari 2023 in gebreke gesteld, maar tot op heden is er nog geen besluit genomen.
De rechtbank heeft geoordeeld dat het niet tijdig nemen van een besluit gelijk te stellen is aan een besluit dat vernietigd moet worden. Verweerder is opgedragen om binnen twee weken na de uitspraak alsnog een besluit te nemen. Daarnaast is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard en bepaald dat verweerder het griffierecht van € 184,- aan eiser moet vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken en de griffier was verhinderd om deze te ondertekenen.