In deze zaak heeft eiser, een inwoner van [woonplaats], beroep ingesteld tegen de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, omdat deze niet tijdig heeft beslist op zijn aanvraag. Eiser had zijn aanvraag op 10 mei 2023 ingediend, waarop verweerder binnen vier weken, dus uiterlijk op 7 juni 2023, had moeten beslissen. De rechtbank constateert dat deze termijn is overschreden. Eiser heeft verweerder op 20 oktober 2023 in gebreke gesteld, maar er is sindsdien geen nieuw besluit genomen. De rechtbank heeft besloten dat een zitting niet nodig is en heeft verweerder opgedragen om alsnog binnen twee weken na de uitspraak een beslissing te nemen. Tevens is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard en verweerder opgedragen het griffierecht van € 187,- aan eiser te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. M. Eversteijn op 4 maart 2024, in aanwezigheid van griffier C.A.A.W. van der Heijden.