Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
1.[belanghebbende 1] ,
2.
[belanghebbende 2],
[belanghebbende 3] ,
1.De procedure
- het verzoekschrift met bijlagen, dat ter griffie van de rechtbank is ontvangen op 30 januari 2024;
- het mailbericht van de ouders van erflater van 1 maart 2024;
- de brief van de voormalige advocaat van verzoekster, de heer [A] , van 4 maart 2024;
- de brief van de voormalige advocaat van verzoekster, de heer [A] , van 12 maart 2024;
- het mailbericht met bijlage van de ouders en broer van erflater van 13 maart 2024;
- het mailbericht van de advocaat van verzoekster van 13 maart 2024.
- verzoekster samen met haar advocaat;
- mevrouw [B] , de moeder van verzoekster;
- de heer [C] , de vader van verzoekster;
- belanghebbenden;
- mevrouw [D] , de partner van [belanghebbende 3] .
2.De feiten
[E] ,geboren op [geboortedatum 2] 1991 te [geboorteplaats 2] , laatst gewoond hebbende te [plaats 2] , hierna te noemen: erflater.
3.Het verzoek en de beoordeling
hij die met het beheer der nalatenschap belast is in ernstige mate in de vervulling van zijn verplichtingen tekortschiet, daartoe ongeschikt is of niet voldoet aan een last tot zekerheidstelling, wanneer de schulden der nalatenschap de baten blijken te overtreffen, of wanneer tot een verdeling van de nalatenschap wordt overgegaan voordat deze vereffend is.’