ECLI:NL:RBMNE:2024:2006
Rechtbank Midden-Nederland
- Beschikking
- M.M. Janssen - Witteveen
- Rechtspraak.nl
Rechterlijke machtiging tot opname en verblijf op basis van de Wet zorg en dwang
Op 18 maart 2024 heeft de Rechtbank Midden-Nederland een beschikking gegeven inzake een verzoek tot rechterlijke machtiging tot opname en verblijf, ingediend door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). Dit verzoek was gericht op [betrokkene], geboren in 1937, die lijdt aan een psychogeriatrische aandoening, te weten Alzheimer. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling thuis bij betrokkene gehouden, waarbij verschillende betrokkenen, waaronder de advocaat mr. A.M.G. de Groot en de casemanager, zijn gehoord.
De advocaat heeft verzocht om afwijzing van het verzoek, maar de casemanager heeft de noodzaak van opname en verblijf benadrukt vanwege de zorgbehoefte van betrokkene en de druk op de thuissituatie. De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene ernstig nadeel ondervindt door haar aandoening, wat leidt tot lichamelijk letsel, psychische schade voor anderen en maatschappelijke verwaarlozing.
De rechtbank concludeert dat er geen minder ingrijpende mogelijkheden zijn om het ernstig nadeel te voorkomen en dat de opname en verblijf noodzakelijk zijn. De rechterlijke machtiging is verleend voor een periode van zes maanden, tot en met 18 september 2024. De beschikking is mondeling gegeven door mr. M.M. Janssen - Witteveen en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van griffier W.P.J. Rubingh. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.