ECLI:NL:RBMNE:2024:3049
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens niet-betaling griffierecht en gebrek aan gronden
Op 28 maart 2024 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres en een onbekende verweerder, met zaaknummer UTR 23/5787. Eiseres had op 19 november 2023 beroep ingesteld, maar de rechtbank heeft de zaak niet inhoudelijk kunnen behandelen omdat eiseres het griffierecht van € 50,- niet heeft betaald. De rechtbank heeft partijen niet uitgenodigd voor een zitting, aangezien dit in deze zaak niet nodig was. Eiseres ontving op 29 december 2023 een aangetekende brief waarin zij werd geïnformeerd over de verplichting tot betaling van het griffierecht binnen vier weken. Aangezien het griffierecht niet op tijd was betaald en eiseres geen geldige reden heeft gegeven voor deze niet-betaling, heeft de rechtbank de zaak als niet-ontvankelijk verklaard op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Daarnaast heeft eiseres geen gronden en geen kopie van de beslissing op bezwaar ingediend, ondanks een verzoek van de rechtbank hiertoe. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het beroep niet inhoudelijk kan worden behandeld en er is geen sprake van een vergoeding van proceskosten. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens zijn met de uitspraak.