Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding van 18 juli 2024 met producties 1 tot en met 27,
- de door [eiseres] op 23 juli 2024 in het geding gebrachte aanvullende producties 28
2.De kern van de zaak
3.De achtergrond van het geschil
- Op 17 mei 2024 heeft [eiseres] aangeboden om de door [gedaagde] gehouden aandelen in [onderneming 1] te kopen tegen een marktconforme koopprijs die door een onafhankelijke deskundige zal worden vastgesteld, waarbij [eiseres] ervoor zal zorgen dat [A] zal worden ontslagen uit de privé borgstellingen en waarbij partijen elkaar algehele finale kwijting verlenen.
- In reactie daarop heeft de advocaat van [A] [eiseres] in een e-mail van 21 mei 2024 laten weten dat hij in opdracht van [onderneming 5] namens [onderneming 1] op 17 mei 2024 een faillissementsrekest tegen [eiseres] had ingediend, en geeft hij [eiseres] de keuze om een bedrag van €575.843,51 aan [onderneming 1] te voldoen, dan wel de door [gedaagde] gehouden aandelen in [onderneming 1] te kopen tegen een koopprijs van €1.311.073.
- [onderneming 5] heeft het faillissementsverzoek op 30 mei 2024 ingetrokken, volgens de advocaat van [A] omdat dit niet het gewenste effect heeft gehad, namelijk incasso van de vordering van [onderneming 1] op [eiseres] .
4.De beoordeling van de vorderingen
- Daar komt bij dat een keuze voor een van beide partijen als de overnemende partij geen directe oplossing biedt voor de liquiditeitsproblemen van [onderneming 1] . Er zal dan immers de procedure moeten worden doorlopen dat er een deskundige komt die de aandelen gaat waarderen. Voor de benoeming van deze deskundige is een derde nodig, omdat partijen het daarover (ook) niet eens worden. De deskundige zal enige tijd nodig hebben om de waarde van de aandelen te bepalen. Bij de aanstelling van een accountant geldt dat die de daarvoor geldende regels van de NBA zal moeten volgen met de daaraan verbonden tijd en kosten. Daarna zal dan vervolgens door de overnemer kunnen worden bepaald of die de aandelen wil en kan overnemen. Al die tijd zal de situatie zijn dat [B] en [A] middellijk de directie voeren over [onderneming 1] in de precaire situatie waarin [onderneming 1] zich bevindt. Kortom, een keuze lijkt niet zonder meer een oplossing op korte termijn te geven voor [onderneming 1] en zou ertoe kunnen leiden dat het gebrek aan samenwerking in het bestuur van [onderneming 1] alleen maar toeneemt. De belangen gaan dan (verder) uit elkaar lopen.
- Beide partijen beroepen zich op artikel 12.1 aanhef en sub j en k. Aandeelhoudersovereenkomst