Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
1.[eiseres sub 1] ,
2.
[eiser sub 2],
1.[gedaagde 1] ,
2.2. [gedaagde 2] ,
1.De procedure
- de conclusie van antwoord van [gedaagde 1] ;
- de conclusie van antwoord in reconventie van [eiseres sub 1] en [eiser sub 2] met producties 13 t/m 40;
2.De feiten
- Aan de verkrijging van [eiseres sub 1] en [eiser sub 2] is een tweetrapsmaking verbonden, die ervoor zorgt dat alles wat [eiseres sub 1] bij haar overlijden niet heeft opgemaakt van de nalatenschap van erflater toekomt aan [eiser sub 2] (en andersom).
- [gedaagde 1] (de zus van erflater) is tot executeur van zijn nalatenschap benoemd.
- Er zijn enkele voogdijbepalingen opgenomen waarbij [gedaagde 1] tot voogd is benoemd.
- De verkrijging van [eiser sub 2] en [eiseres sub 1] is onder testamentair bewind gesteld tot zij de leeftijd van 23 jaar hebben bereikt waarbij [gedaagde 1] als bewindvoerder is aangewezen;
- Er is een uitsluitingsclausule opgenomen waarin is bepaald dat een verkrijging uit de nalatenschap van erflater niet in enige gemeenschap van goederen zal vallen;
- Het ouderlijk vruchtgenot over de verkrijging van [eiseres sub 1] en [eiser sub 2] van mevrouw [A] is uitgesloten.
3.De kern van de zaak
4.De beoordeling
42021/703). [gedaagde 1] heeft de erfgenamen ervan op de hoogte gesteld dat zij haar werkzaamheden als beëindigd beschouwt.
Kamerstukken II1968/69, 10213, nr. 6, p. 10). De wetgever heeft de situatie dat erflater overlijdt terwijl daarvóór een verzoek tot echtscheiding is ingediend bij de rechtbank dus onder ogen gezien, maar er niet voor gekozen om een andere regeling te treffen.
gewacht heeft, hij wilde zekerstellen dat [gedaagde 2] niets zou erven, dat hij zijn kinderen goed kon achterlaten, en was volgens mij volop overtuigd dat dit zo geregeld was.”
- De huwelijksgoederengemeenschap tussen erflater en [gedaagde 2] is ontbonden op het moment van indiening van het verzoek tot echtscheiding;
- Tot de nalatenschap van erflater behoren de bestanddelen van de huwelijksgoederengemeenschap met bijbehorende waarden die erflater volgens het echtscheidingsconvenant toekwamen (met uitzondering van de beleggingsverzekeringen);
- De baten en lasten die zijn ontstaan tussen het moment van indiening van het verzoek tot echtscheiding en het overlijden van erflater en zien op de huwelijksgoederengemeenschap, worden voor de helft betrokken in de nalatenschap;
- Baten en lasten die zijn ontstaan tussen het moment van indiening van het verzoek tot echtscheiding en het overlijden van erflater en die zien op erflater in privé, worden volledig betrokken in de nalatenschap.
5.De beslissing
woensdag 21 augustus 2024voor het nemen van een akte door beide partijen over wat is vermeld onder 4.42, waarna het schriftelijk debat tussen partijen in beginsel is geëindigd,