Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 27 juni 2024 in de zaak tussen
Gemeente Utrecht, te Utrecht, eiseres,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 27 juni 2024.
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de Gemeente Utrecht op 6 februari 2023 een verzoek om herbeoordeling ingediend bij de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV). Dit verzoek is op 7 februari 2023 door het UWV ontvangen. Aangezien het UWV niet tijdig een beslissing heeft genomen, heeft de Gemeente Utrecht op 30 augustus 2023 het UWV in gebreke gesteld. Vervolgens heeft de Gemeente Utrecht op 29 april 2024 beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit.
De rechtbank heeft in haar overwegingen vastgesteld dat partijen niet voor een zitting worden uitgenodigd, omdat dit in deze zaak niet nodig is. De rechtbank heeft de relevante artikelen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) besproken, waaronder artikel 6:2, dat het niet tijdig nemen van een besluit gelijkstelt aan een besluit, en artikel 6:12, dat de voorwaarden voor het indienen van beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit regelt.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat de Gemeente Utrecht haar beroep onredelijk laat heeft ingediend, omdat zij bijna zeven maanden heeft gewacht na het indienen van de ingebrekestelling voordat zij beroep heeft ingesteld. De rechtbank oordeelt dat, indien de Gemeente Utrecht belang had gehecht aan een spoedige beslissing, zij eerder beroep had moeten indienen. Daarom heeft de rechtbank het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard en is er geen sprake van een vergoeding van de proceskosten.
De uitspraak is gedaan door rechter R.C. Stijnen op 27 juni 2024 en is openbaar uitgesproken. De partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens zijn met de uitspraak.