Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding van 26 juni 2024
- de reactie (conclusie van antwoord) van [gedaagde]
- de schriftelijke toelichting van Menzis met de reactie op het verweer
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Midden-Nederland op 16 oktober 2024, staat de betaling van een ziekenhuisnota centraal. De eisende partij, Menzis Zorgverzekeraar N.V., heeft een ziekenhuisnota naar de gedaagde gestuurd, maar deze betwist de ontvangst van zowel de nota als de betalingsherinnering. De gedaagde heeft na ontvangst van de dagvaarding de hoofdsom betaald, maar Menzis vordert nu de buitengerechtelijke incassokosten, rente en proceskosten. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten niet verschuldigd zijn, omdat Menzis niet heeft aangetoond dat de gedaagde de veertiendagenbrief heeft ontvangen. De kantonrechter heeft de ontvangsttheorie toegepast, wat inhoudt dat een verklaring pas werking heeft als deze de betrokken persoon daadwerkelijk heeft bereikt. Menzis heeft nagelaten bewijs te leveren dat de e-mail met de veertiendagenbrief is aangekomen bij de gedaagde.
Daarnaast is de gevorderde wettelijke rente over de hoofdsom toegewezen, maar slechts over één dag, aangezien de gedaagde de hoofdsom direct na ontvangst van de dagvaarding heeft voldaan. De proceskosten zijn gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij haar eigen kosten draagt. Het vonnis is uitgesproken door kantonrechter G.K.L. de Wijkerslooth de Weerdesteijn in aanwezigheid van de griffier.