4.11.De Europese regels met betrekking tot de consumentenovereenkomsten zijn er om de consument als ‘zwakkere partij’ te beschermen tegenover een handelspartij. Wanneer die bescherming door de consument zou zijn opgegeven door een forumkeuze in de overeenkomst, moet de rechtbank uit het oogpunt van consumentenbescherming deze overeenkomst en de omstandigheden waaronder deze overeenkomst is gesloten kritisch beoordelen. Voorkomen moet worden dat misbruik wordt gemaakt van artikel 19 lid 1 Brussel I bis door de consument een document te laten ondertekenen zonder dat de consument er zich van bewust is wat de gevolgen daarvan zijn. [partij II] stelt weliswaar dat de overeenkomst een vaststellingsovereenkomst is over het gehele geschil en dat [partij I] afstand heeft gedaan van haar consumentenbescherming, maar dat is niet zo. De overeenkomst is geen overeenkomst in de zin van artikel 19 lid 1 Brussel I bis en ziet ook niet op het gehele geschil. Daarvoor geldt het volgende.
[partij II] heeft de overeenkomst schriftelijk niet gepresenteerd als een overeenkomst om het geschil te beëindigen. [partij I] heeft op 6 augustus 2021 een vraag gesteld over de swapkosten die bij haar in rekening werden gebracht. [partij II] zegde toen toe dat zij € 50.000,- zou krijgen als vermindering op de swapkosten. In de middag van 6 augustus 2021 kreeg [partij I] de overeenkomst van [partij II] per e-mail toegestuurd. In de e-mail staat dat het om een EU-regulatiedocument gaat. Er wordt niets genoemd over een geschil of dat [partij I] door het tekenen van de overeenkomst afstand doet van haar consumentenbescherming. Daarnaast heeft [partij II] [partij I] ook niet mondeling medegedeeld dat het om een vaststellingsovereenkomst zou gaan. Uit de gesprektranscripten volgt dat [partij II] niet heeft gesproken over een overeenkomst om het geschil op te lossen. [partij II] spreekt alleen over het tekenen van een document en dan krijgt [partij I] € 50.000,- om daar weer mee te gaan beleggen.
De overeenkomst was opgesteld in het Engels met veel juridische termen die niet begrijpelijk zijn zonder meer dan gemiddelde kennis van de Engelse taal én specifieke kennis van juridisch-Engelse terminologie. Voor een consument als [partij I] is deze overeenkomst zonder nadere toelichting in het Nederlands niet begrijpelijk.
[partij I] kreeg geen tijd om te overzien wat de gevolgen van de overeenkomst waren. Zij moest de overeenkomst onder tijdsdruk tekenen. [partij I] kreeg de overeenkomst op vrijdagmiddag 6 augustus 2021 toegestuurd en daarna was [partij II] niet meer bereikbaar. In het weekend van 7 en 8 augustus 2021 verloor [partij I] € 900.000,-. Vervolgens werd haar op maandag 9 augustus 2021 verteld dat zij dit verlies had kunnen voorkomen door de overeenkomst te tekenen. Door de overeenkomst te tekenen kreeg [partij I] € 50.000,- dat zij nodig had om weer door te kunnen handelen zodat zij haar grote verlies kon compenseren.
Het voortraject voorafgaand aan het sluiten van de overeenkomst past niet bij het aangaan van een overeenkomst ter beëindiging van een geschil. In zo’n voortraject moet worden vastgesteld:
(1) dat er een geschil is en
(2) dat dit geschil zodanig is dat één van de partijen zonder oplossing tussen partijen een gerechtelijke procedure zal starten en
(3) dat er tussen partijen is overlegd over een oplossing om die procedure te voorkomen waarna
(4) partijen een oplossing die ze vervolgens samen bereiken vastleggen in een vaststellingsovereenkomst.
Ten onrechte staat er in de overeenkomst dat partijen overleg hebben gehad over hun ‘geschil’. [partij I] heeft vrijdagochtend een vraag gesteld of [partij II] iets kon doen aan de hoge swapkosten zodat zij weer ruimte had om door te handelen. [partij II] heeft – zonder verder overleg met [partij I] – aan [partij I] een voorstel gedaan om haar € 50.000,- ter beschikking te stellen.
Verder blijkt uit niets blijkt dat [partij I] overwoog om naar de rechter te gaan als [partij II] niet zou ingaan op haar vraag om iets te doen aan de hoge swapkosten. Het is niet eens duidelijk dat er een ‘geschil’ was dat moest worden opgelost.
Ten slotte kan de overeenkomst niet worden gezien als een vaststellingsovereenkomst die ook het huidige geschil tussen partijen regelt. In de overeenkomst staat niet wat het geschil is tussen partijen, er staat alleen dat er een geschil is. Het is niet juist dat deze overeenkomst de hele verhouding tussen partijen verder bepaalt, in afwijking van wat tussen partijen geldt.
- In het algemeen is het doel van een vaststellingsovereenkomst dat het geschil tussen partijen wordt opgelost en dat partijen daarna los van elkaar verder gaan of anders specifieke afspraken maken over hoe zij voortaan met elkaar verder gaan.
- Op het moment dat [partij II] de overeenkomst aan [partij I] stuurde, had zij nog minstens € 900.000,- op haar rekening staan, maar hier wordt niets over geregeld in de overeenkomst.
- Partijen gingen na het sluiten van de overeenkomst niet los van elkaar of op een andere in de overeenkomst vastgelegde manier met elkaar verder. [partij I] is na het tekenen van de overeenkomst gewoon doorgegaan met ‘traden’ (handelen) via het beleggingsplatform van [partij II] .
- Het bedrag dat [partij I] zou krijgen, € 50.000,-, is gestort op haar beleggingsrekening en niet op haar persoonlijke bankrekening, wat erop wijst dat het de bedoeling was dat partijen zonder enige verandering met elkaar verder gingen.
- Het bedrag van € 50.000,- was ook maar een beperkte compensatie van de door [partij I] betaalde swapkosten. Volgens [partij I] bedroegen die soms alleen al in een week € 70.000,-.
- Wanneer de overeenkomst een vaststellingsovereenkomst was, waarin partijen hun hele rechtsverhouding opnieuw hadden willen regelen, had dat ook in de overeenkomst moeten zijn uitgewerkt.
Conclusie: artikel 18 lid 1 Brussel I bis is van toepassing