Op 10 december 2024 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, zitting houdende in Utrecht, een beschikking gegeven waarin de kantonrechter [mede-bewindvoerder] ambtshalve ontslaat als testamentair en beschermingsbewindvoerder over het vermogen van [A]. De beslissing is genomen op basis van gewichtige redenen, waaronder het niet voldoen aan wettelijke verplichtingen en het bestaan van tegenstrijdige belangen. De bewindvoerder had verzuimd om een voorafgaande machtiging te vragen voor een schenking namens [A], wat vereist is omdat [A] niet in staat is om zelf toestemming te geven. Daarnaast bleek dat de bewindvoerder het vermogen uit de nalatenschap niet correct had geadministreerd, wat leidde tot praktische problemen en een gebrek aan transparantie in de financiële afhandeling. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de bewindvoerder niet alleen haar taken niet naar behoren vervulde, maar ook dat er sprake was van een ongewenste verstrengeling van belangen met de executeur-afwikkelingsbewindvoerder. De kantonrechter heeft de Gelderse Stichting tot Beheer en Bewindvoering ter Bescherming van Meerderjarigen (GSBB) benoemd als opvolgend bewindvoerder. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk moet worden opgevolgd, ook als er hoger beroep wordt ingesteld. De beslissing kan binnen drie maanden na de uitspraak worden aangevochten bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.