In deze zaak heeft [eiser] B.V. een overeenkomst gesloten met autogarage [gedaagde] B.V. voor de restauratie en modernisering van een klassieke Range Rover uit 1980. Na de restauratie viel de auto driemaal stil, wat leidde tot het verlies van vertrouwen van [eiser] in de restaurateur. [eiser] heeft vervolgens geprobeerd de overeenkomst te ontbinden en vorderde terugbetaling van de restauratiekosten van € 172.425,00 en stallingskosten van € 817,96, evenals een schadevergoeding van € 214,70 voor vervangend vervoer. De rechtbank heeft geoordeeld dat [gedaagde] niet tekortgeschoten is in de uitvoering van de overeenkomst, aangezien de gebreken steeds zijn hersteld. De vordering tot ontbinding van de overeenkomst werd afgewezen, evenals de terugbetaling van de restauratie- en stallingskosten. Wel werd [gedaagde] veroordeeld tot betaling van de kosten voor vervangend vervoer, omdat [eiser] tijdens een reis met de auto in Frankrijk strandde door een kabelbreuk, waarvoor [gedaagde] aansprakelijk werd gesteld. De proceskosten werden toegewezen aan [gedaagde], aangezien [eiser] grotendeels ongelijk kreeg in deze procedure.