Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van antwoord,
- de conclusie van repliek met productie 8,
- de conclusie van dupliek.
Rechtbank Midden-Nederland
In deze civiele zaak, behandeld door de Kantonrechter van de Rechtbank Midden-Nederland, vordert eiser, een eigenaar van een geluidsstudio, betaling van een factuur van € 747,90 van gedaagde, een klassiek zangeres. De factuur is op 15 februari 2023 verzonden, maar gedaagde heeft deze niet betaald. Eiser vordert daarnaast buitengerechtelijke incassokosten en proceskosten. Gedaagde betwist de vordering en stelt dat er een mondelinge afspraak was voor een vaste prijs van € 450,00, maar biedt geen onderbouwing voor deze claim. De kantonrechter oordeelt dat er geen bewijs is voor de afgesproken prijs en dat eiser zijn tijd correct heeft geregistreerd. De kantonrechter wijst de vordering tot betaling van de factuur toe, maar wijst de vordering voor buitengerechtelijke incassokosten af omdat eiser geen bewijs van een aanmaning heeft overgelegd. Gedaagde wordt veroordeeld tot betaling van de proceskosten, die zijn begroot op € 669,04. De uitspraak is gedaan op 20 november 2024.