Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Samen Veilig Midden-Nederland,gevestigd in Utrecht,
1.Het verloop van de procedure
- het verzoekschrift van de GI met bijlagen, ontvangen op 28 januari 2025;
- drie aanvullende stukken van de vader, ontvangen op 19 februari 2025;
- een melding van de politie van 20 februari 2025, overlegd door de GI op 6 maart 2025.
- de moeder;
- de vader;
- mevrouw [A] namens de GI.
2.De feiten
3.Het verzoek
De GI is het grotendeels eens met deze voorgestelde planning, met uitzondering van de periode na de zomervakantie: per september 2025 kan in de opbouw een uitbreiding van drie nachten volgen. Ook is het in het belang van de kinderen dat zij met hun vader op vakantie kunnen gaan. Daarom verzoekt de GI om vast te leggen dat de kinderen twee weken aaneengesloten bij de vader verblijven en toestemming krijgen om op vakantie te gaan met hun vader, wanneer de kinderen dat willen. Wel is er recent een incident geweest, waardoor de voorgestelde opbouw (in het weekend van 14 en 15 maart) naar twee nachten nog wordt uitgesteld in afwachting van hoe het verloopt.
4.De beoordeling
De kinderrechter heeft echter gezien op dat de verklaring van de vader op de zitting sterk uiteenloopt met de melding van de medewerkers uit [verzorgingshuis] zoals weergegeven in het politierapport. Zij hebben de vader die dag op verschillende momenten op verschillende afdelingen in het verzorgingshuis gezien, waarbij vader wisselende verklaringen voor zijn aanwezigheid gaf. Ook is de vader nadat hij naar buiten is gebracht, nog een tweede keer teruggekomen; de medewerkers zijn toen in gesprek met hem gegaan totdat de politie kwam.
24 maart 2025 om 16:30 uur.De GI, de vader, de moeder en de Raad zullen hiervoor opnieuw worden opgeroepen, om nader te worden gehoord.
5.De beslissing
24 maart 2025 om 16:30 uur, teneinde nader op het verzoek te worden gehoord.
- door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.