5.4.De rechtbank is van oordeel dat de schuld van eiseres een hypothecaire lening is zoals bedoeld in artikel 4.1, vierde lid van de Wht. De schuld voldoet daardoor niet aan de voorwaarde van de Wht en komt daarom niet voor overname in aanmerking. Weliswaar vielen de schulden oorspronkelijk niet onder de hypotheek van eiseres, maar dat neemt niet weg dat het inmiddels wel gaat om een hypotheek. De wetgever heeft uitdrukkelijk bepaald dat zo’n schuld niet kan worden overgenomen. Deze beroepsgrond slaagt niet.
Slaagt het beroep op de hardheidsclausule?
6. Eiseres voert aan dat ze het zeer oneerlijk vindt dat haar schuld niet overgenomen wordt door de minister. Ze heeft juist erg hard haar best gedaan om niet verder in de financiële problemen te komen, daarom heeft ze deze regeling ook getroffen. Eiseres geeft aan dat ze het idee heeft extra gestraft te worden, terwijl ze juist het goede heeft gedaan door haar schuldeisers zo snel mogelijk af te betalen. Dat de schuld nu niet wordt overgenomen omdat deze nu onder haar hypotheek valt, vindt ze onrechtvaardig.
7. Naar de rechtbank begrijpt, doet eiseres hiermee een beroep op artikel 9.1, tweede lid, aanhef en onder a van de Wht. Dat is een zogeheten hardheidsclausule, op grond waarvan de minister kan afwijken van de artikelen 4.1 en 4.3 voor zover de toepassing daarvan gelet op het belang dat de bepalingen beogen te beschermen, zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard. De hardheidsclausule wordt dus alleen toegepast in bijzondere situaties, waarbij toepassing van de bepaling gelet op de ratio ervan onbillijk uitpakt of wanneer sprake is van schrijnende omstandigheden waardoor toepassing van de wettelijke bepaling achterwege moet blijven. Het moet gaan om omstandigheden als serieuze en structurele financiële nood, ernstige medische omstandigheden of andere ontwrichtende persoonlijke omstandigheden. Bovendien moeten deze omstandigheden actueel zijn en samenhangen met de gevolgen van een weigering om de schulden over te nemen of te compenseren. Het gaat namelijk niet om de omstandigheden die zich hebben voorgedaan in de periode waarin de toeslagenaffaire zich voltrok. Degene die een beroep doet op de hardheidsclausule moet inzichtelijk maken waar de bijzonderheid of de schrijnende kanten van zijn of haar situatie uit blijkt en moet dit zo concreet mogelijk onderbouwen. Met het toepassen van de hardheidsclausule wordt er namelijk een uitzondering gemaakt op de regels die normaal gesproken voor iedereen gelden.
8. De rechtbank begrijpt dat het voor eiseres oneerlijk voelt dat haar schuld nu niet wordt overgenomen, omdat zij zelf een oplossing heeft gezocht voor haar private schulden en haar best heeft gedaan om alles op tijd te betalen. Dat is echter onvoldoende voor een geslaagd beroep op de hardheidsclausule. De rechtbank overweegt daartoe dat de wetgever er bewust voor heeft gekozen om een hypothecaire lening niet over te nemen. In het geval van eiseres is er naar het oordeel van de rechtbank geen reden om hiervan af te wijken. Het afwijzen van het verzoek om overname van de schulden leidt in haar geval namelijk niet tot een schrijnende situatie. Er zijn wel twee betalingsherinneringen geweest vanuit BLG Wonen, maar tijdens de zitting heeft eiseres te kennen gegeven dat er geen achterstanden zijn en dat zij geen last heeft van incassomaatregelen. De rechtbank ziet in dat eiseres in het verleden in een moeilijke financiële situatie verkeerde en dat zij daarom haar schulden heeft ondergebracht in de hypothecaire lening, maar bij de hardheidsclausule moet het gaan om actuele omstandigheden die samenhangen met het afwijzen van de overname van de schuld. Eiseres heeft tijdens de zitting verklaard dat zij iets meer financiële ademruimte wil. De rechtbank begrijpt dat wel, alleen heeft eiseres daarmee niet aannemelijk gemaakt dat er op dit moment sprake is van een dusdanig schrijnende situatie dat de minister moet afwijken van de voorwaarden voor overname van schulden van artikel 4.1 van de Wht. Het beroep van eiseres op de hardheidsclausule slaagt daarom niet.