Op 28 maart 2025 verklaart mr. Brunklaus onder meer:
Op dinsdag 25 maart 2025 was ik in [plaats] (…)
Toen ik rond 14.35 bij de woning aankwam zag ik dat een man, lang van postuur, aan het schilderen was in de hal achter de voordeur. (…) Ik ben naar de achterzijde van de woning gelopen, er is een paadje achter de woningen en van daaruit kon ik in de tuin kijken. Ik zag schilderspullen, een BBQ en afval in de tuin staan, achter de ramen van de woonkamer zag ik een bank met plastic, het soort plastic dat men gebruikt ter afscherming van spullen als er geschilderd wordt. (…).
Ik ben vervolgens teruggelopen naar mijn auto (…) Toen ik ongeveer 10 minuten in mijn auto zat kwam er een witte Mercedes aanrijden, deze stopte voor de woning. Een man met een zwarte baseballpet stapte uit de auto liep naar de voordeur van de woning en deed met sleutels de voordeur open, hij is ongeveer 5 minuten binnen geweest kwam weer naar buiten met een poststuk (brief of kaart) in zijn hand. Ik ben toen de man uit de woning kwam uit mijn auto gestapt om een foto van de auto en de man te maken,(…). De man stapte in de auto keerde de auto en reed in vliegende vaart weg. Toen de auto keerde om weer de straat uit te rijden zoals hij gekomen was, zag ik dat er ook een vrouw in de auto zat.
Het kenteken van de auto [kenteken] heb ik opgezocht op de site van de RDW, het betreft een Mercedes uit 2022 die is ingevoerd, een redelijk nieuwe auto met een nieuwwaarde van euro 88.000,00. De man was volgens mij [gedaagde] dit leidde ik af uit het feit dat hij sleutels had van de voordeur en hij blijkbaar post kwam halen. Omdat ik [gedaagde] niet ken heb ik donderdagochtend telefonisch gesproken met de voormalige bewoonster en onderhuurster, [B] . Ik heb haar de foto geappt en zij bevestigde mij dat de man op de foto de heer [gedaagde] is. (…)
Eveneens op dinsdag 25 maart jl. liet Ymere mij weten dat [gedaagde] een dochter heeft geboren op [geboortedatum] -2017, zij heeft zijn achternaam. De dochter woont met haar moeder in [wijk 2] aan het adres [straat 2] [nummeraanduiding 2] . (…)
Omdat mijn kantoor ook in [wijk 2] ligt ben ik aan het einde van de middag nog even naar [straat 2] [nummeraanduiding 2] gereden, dit om te kijken of ik de Mercedes waarin ik [gedaagde] eerder bij zij woning in [plaats] had gezien, in de buurt zag staan. Dinsdag zag ik de auto niet, maar de volgende ochtend woensdag 26 maart 2025 zag ik de auto rond 8.45 uur bij het [winkelcentrum] ( vlak in de buurt van [straat 2] ), staan. Op vrijdag 28 maart jl. tegen 17:50 uur ben ik nogmaals langs [straat 2] gereden en zag ik de witte Mercedes op de stoep voor de woning [straat 2] [nummeraanduiding 2] staan.”