12.BESLISSING
- verklaart het onder 1, 2, 3 primair, 4 primair, 5, 6, 7, 8, 9 en 10 tenlastegelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het onder 1, 2, 3 primair, 4 primair, 5, 6, 7, 8, 9 en 10 meer of anders tenlastegelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
- verklaart het onder 1, 2, 3 primair, 4 primair, 5, 6, 7, 8, 9 en 10 bewezenverklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvan
36 maanden;
- bepaalt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
- bepaalt dat van de gevangenisstraf een gedeelte van
12 maanden, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzijde rechter later anders gelast op grond van het feit dat verdachte de hierna te melden algemene en/of bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
- stelt daarbij een
proeftijdvan
2 (twee) jarenvast;
- als voorwaarden gelden dat verdachte:
* zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
* ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
* medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen;
- stelt als bijzondere voorwaarden dat verdachte gedurende de proeftijd:
* op geen enkele wijze – direct of indirect – contact zal opnemen, zoeken of hebben met [medeverdachte 1] , geboren op [1991] te [geboorteplaats] , en [medeverdachte 2] , geboren op [2005] te [geboorteplaats] , zolang het Openbaar Ministerie dit noodzakelijk acht. De politie ziet toe op naleving van dit verbod
* zich op uitnodiging bij Reclassering Nederland op het adres Wibautstraat 12 te Amsterdam zal melden en zich zal blijven melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
* zich onder behandeling zal stellen van De Waag of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering, op de tijden en plaatsen als door of namens die zorgverlener aan te geven, waarbij verdachte zich houdt aan de huisregels en de aanwijzingen van de zorgverlener, teneinde zich te laten behandelen indien en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
* zich zal inspannen voor het vinden en behouden van opleiding en/of betaald werk, met een vaste structuur;
* zal meewerken aan het aflossen van zijn schulden en het treffen van afbetalingsregelingen, ook als dit inhoudt meewerken aan schuldhulpverlening in het kader van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen, waarbij verdachte de reclassering inzicht geeft in zijn financiën en schulden,
- waarbij de reclassering opdracht wordt gegeven als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
- verklaart de volgende voorwerpen verbeurd:
- 1 STK Telefoontoestel (goednummer PL0900-2023201644-G3313305);
- 1 STK Telefoontoestel (goednummer PL0900-2023201644-G3313325);
- 1 STK Telefoontoestel (goednummer PL0900-2023201644-G3313279);
- 1 STK Telefoontoestel (goednummer PL0900-2023201644-G3313281);
- 1 STK Computer (goednummer PL0900-2023201644-3313324),
- gelast de teruggave aan verdachte van het volgende voorwerp:
1 STK Telefoontoestel (goednummer PL0900-2023201644-G3313310);
- gelast de teruggave aan de rechthebbende van het volgende voorwerp:
1 STK Personenauto [kenteken] (goednummer PL0900-2023201644-G3235512);
Benadeelde partij [slachtoffer 9] (t.a.v. feit 3 primair en feit 4 primair)
- wijst de vordering van [slachtoffer 9] toe tot een bedrag van € 350,00, bestaande uit immateriële schade;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 9] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 september 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- wijst de vordering van [slachtoffer 9] voor wat betreft de meer gevorderde immateriële schade en de materiële schadepost ‘pinbetaling door oplichter’ af;
- verklaart [slachtoffer 9] voor wat betreft de meer gevorderde materiële schade niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 9] aan de Staat € 350,00 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 september 2023 tot de dag van de volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 7 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 11]
- verklaart [slachtoffer 11] voor wat betreft de gevorderde materiële schade niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
Benadeelde partij [slachtoffer 14] (t.a.v. feit 3 primair)
- wijst de vordering van [slachtoffer 14] toe tot een bedrag van € 350,00, bestaande uit immateriële schade;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 14] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 29 september 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- wijst de vordering van [slachtoffer 14] voor wat betreft het meer gevorderde af;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 14] aan de Staat € 350,00 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 29 september 2023 tot de dag van de volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 7 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 16] (t.a.v. feit 3 primair en feit 4 primair)
- wijst de vordering van [slachtoffer 16] toe tot een bedrag van € 350,00, bestaande uit materiële schade;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 16] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 oktober 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- wijst de vordering van [slachtoffer 16] voor wat betreft het meer gevorderde af;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 16] aan de Staat € 350,00 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 oktober 2023 tot de dag van de volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 7 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 18] (t.a.v. feit 3 primair en feit 4 primair)
- wijst de vordering van [slachtoffer 18] toe tot een bedrag van € 78,50, bestaande uit materiële schade;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 18] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- wijst de vordering van [slachtoffer 18] voor wat betreft de schadepost ‘aankopen door oplichter’ af;
- verklaart [slachtoffer 18] voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 18] aan de Staat € 78,50 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2023 tot de dag van de volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 1 dag gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 19] (t.a.v. feit 3 primair en feit 4 primair)
- wijst de vordering van [slachtoffer 19] toe tot een bedrag van € 1.100,00, bestaande uit € 750,00 aan materiële schade en € 350,00 aan immateriële schade;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 19] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 oktober 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- wijst de vordering van [slachtoffer 19] voor wat betreft het meer gevorderde af;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 19] aan de Staat € 1.100,00 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 oktober 2023 tot de dag van de volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 21 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij ING Bank
- verklaart ING Bank niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door de verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
Benadeelde partij Rabobank (t.a.v. feit 3 primair en feit 4 primair)
- wijst de vordering van Rabobank toe tot een bedrag van € 5.407,58, bestaande uit materiële schade;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan Rabobank van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente, te berekenen over het bedrag van € 2.903,39 vanaf 10 november 2023, over het bedrag van € 1.053,36 vanaf 14 november 2023, over het bedrag van € 2,80 vanaf 25 oktober 2023, over het bedrag van € 968,03 vanaf 2 november 2023 en over het bedrag van € 480,00 vanaf 14 november 2023 telkens tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
Benadeelde partij Volksbank (t.a.v. feit 3 primair en feit 4 primair)
- wijst de vordering van Volksbank toe tot een bedrag van € 4.702,33, bestaande uit materiële schade;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan Volksbank van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente, te berekenen over het bedrag van € 1.000,00 vanaf 9 april 2025, over het bedrag van € 1.004,45 vanaf 27 september 2023, over het bedrag van € 986,52 vanaf 19 september 2023, over het bedrag van € 989,37 vanaf 29 september 2023, over het bedrag van € 1,99 vanaf 25 oktober 2023 en over het bedrag van € 720,00 vanaf 9 april 2025, telkens tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
Benadeelde partij [slachtoffer 1]
- verklaart [slachtoffer 1] niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door de verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
Benadeelde partij [slachtoffer 23] (t.a.v. feit 7)
- wijst de vordering van [slachtoffer 23] toe tot een bedrag van € 795,00, bestaande uit materiële schade;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 23] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 3 januari 2024 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 23] aan de Staat € 795,00 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 3 januari 2025 tot de dag van de volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 15 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 24] (t.a.v. feit 7)
- wijst de vordering van [slachtoffer 24] toe tot een bedrag van € 1.450,00, bestaande uit materiële schade;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 24] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 februari 2024 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- wijst de vordering van [slachtoffer 24] voor wat betreft het meer gevorderde af;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 24] aan de Staat € 1.450,00 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 februari 2024 tot de dag van de volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 24 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 25] (t.a.v. feit 7)
- wijst de vordering van [slachtoffer 25] toe tot een bedrag van € 795,00, bestaande uit materiële schade;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 25] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 22 februari 2024 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- verklaart [slachtoffer 25] voor wat betreft de meer gevorderde materiële schade niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- wijst de vordering van [slachtoffer 25] voor wat betreft de gevorderde immateriële schade af;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 25] aan de Staat € 795,00 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 22 februari 2024 tot de dag van de volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 15 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 26] (t.a.v. feit 7)
- wijst de vordering van [slachtoffer 26] toe tot een bedrag van € 1.450,00, bestaande uit materiële schade;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 26] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 februari 2024 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 26] aan de Staat € 1.450,00 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 februari 2024 tot de dag van de volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 24 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.C. Hagedoorn, voorzitter, mrs. H. den Haan en B. Grünfeld, rechters, in tegenwoordigheid van mr. I.S.A. Nahumury, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 30 april 2025.
De voorzitter, de jongste rechter en de griffier zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
1
hij, in of omstreeks de periode van 27 februari 2024 tot en met 13 maart 2024 te Almere en/of Amsterdam, in elk geval in Nederland, een technisch hulpmiddel dat hoofdzakelijk geschikt gemaakt en/of ontworpen is tot het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 138ab eerste lid, 138b of 139c Wetboek van Strafrecht, heeft vervaardigd, ontvangen, zich verschaft, overgedragen, verkocht, verworven, vervoerd, ingevoerd, uitgevoerd, verspreid of anderszins ter beschikking heeft gesteld of voorhanden heeft gehad, met het oogmerk dat daarmee een van die misdrijven werd gepleegd, immers heeft hij, verdachte, servers en/of phishing sites (panels) en/of programma's/software ten behoeve van het geautomatiseerd doorgeven van gegevens, (telkens) met de bedoeling om (inlog)gegevens (waaronder gebruikersnaam en wachtwoord) en/of persoonsgegevens af te vangen en te verkrijgen, voorhanden gehad;
2
hij, in of omstreeks de periode van 25 juli 2022 tot en met 13 maart 2024 te Almere en/of Amsterdam, in elk geval in Nederland, een of meer stoffen, voorwerpen en/of gegevens, te weten (een Microsoft 1943 Notebook, een Samsung USB-stick, een Samsung Galaxy S21, een Samsung Galaxy A34 en/of een Samsung Galaxy A53 met daarop) leads (lijsten) bevattende persoonsgegevens (namen, adressen, geboortedata, bankrekeningnummers, telefoonnummer, e-mailadressen en gegevens omtrent energiemaatschappijen en energiecontracten) van een groot aantal personen en/of huishoudens, heeft vervaardigd, heeft ontvangen, zich heeft verschaft, heeft verkocht, heeft overgedragen, heeft verworven, heeft vervoerd, heeft ingevoerd, heeft uitgevoerd, heeft verspreid, anderszins ter beschikking heeft gesteld en/of voorhanden heeft gehad, waarvan hij, verdachte, wist dat die bestemd waren tot het plegen van een in artikel 326 en/of artikel 311 Wetboek van Strafrecht omschreven misdrijf, in elk geval een der in de artikelen 226, eerste lid, onderdelen 2° tot en met 5°, 231, eerste lid, 231a, eerste lid, 231b en 232, eerste lid, omschreven misdrijven dan wel een der misdrijven omschreven in de artikelen 310, 311, 312, 317, 321 en 326 van het Wetboek van Strafrecht terwijl dit feit betrekking had op de verkrijging van een niet-contant betaalinstrument;
3
hij, in of omstreeks de periode van 12 september 2023 tot en met 12 oktober 2023, te Almere en/of Amsterdam, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, een of meerdere rekeninghouder(s), althans enig persoon handelend namens die rekeninghouder(s), van de SNS bank en/of de Volksbank en/of de ING bank en/of de ABN AMRO bank en/of de TD bank en/of de Rabobank en/of ICS, te weten
1. [slachtoffer 3] (zaak 1),
2. [slachtoffer 4] (zaak 2),
3. [slachtoffer 5] (zaak 3),
4. [slachtoffer 6] (zaak 4),
5. [slachtoffer 7] en/of [slachtoffer 8] (zaak 5),
6. [slachtoffer 9] (zaak 6),
7. [slachtoffer 10] (zaak 7),
8. [slachtoffer 11] (zaak 8),
9. [slachtoffer 12] (zaak 9),
10. [slachtoffer 13] (zaak 10),
11. [slachtoffer 14] (zaak 11),
12. [slachtoffer 15] (zaak 12),
13. [slachtoffer 16] (zaak 13),
14. [slachtoffer 17] (zaak 14),
15. [slachtoffer 18] (zaak 15),
16. [slachtoffer 19] (zaak 16),
17. [slachtoffer 20] (zaak 17),
18. [slachtoffer 21] (zaak 18),
19. [slachtoffer 22] (zaak 19), en/of
een of meerdere andere rekeninghouders van een of meerdere banken, heeft/hebben bewogen tot de afgifte van geld en/of een of meerdere bankpas(sen) en/of creditcard(s) en/of mobiele telefoon(s) en/of iPad(s) en/of tablet(s) en/of siera(a)d(en) en/of identifier(s) en/of digipas(sen), althans een of meer andere goederen, en/of tot het ter beschikking stellen van (inlog)gegevens (waaronder wachtwoorden en/of pincodes en/of inlogcodes) van zijn/haar/hun bankaccount(s) en/of van vergrendelcodes van mobiele apparaten, althans een of meer andere gegevens, door:
- zich onder valse naam voor te doen als een bankmedewerker,
- voornoemde rekeninghouder(s) te vertellen dat er getracht was en/of werd geld over te maken en/of op te nemen van zijn/haar/hun bankrekening en/of dat er een (groot) geldbedrag was gepind en/of afgeschreven van zijn/haar/hun bankrekening en/of dat zijn/haar/hun bankrekening en/of iPad was gehackt en/of dat er vreemde transacties hebben plaatsgevonden en/of dat de bankrekeningen en/of mobiele apparaten beveiligd moeten worden,
- te vertellen dat er een medewerker van de bank langs zou komen om de bankpas(en) en/of creditcard(s) en/of mobiele telefoon(s) en/of iPad(s) en/of tablet(s) en/of identifier(s) en/of digipas(sen) en/of contant geld op te halen,
- te vertellen dat er een medewerker van de bank langs zou komen om waardevolle goederen (waaronder siera(a)d(en)) op te halen, teneinde deze veilig te stellen, en/of
- bij de woning van voornoemde rekeninghouder(s) langs te gaan en/of zich voor te doen als medewerker van de bank en/of daar om afgifte van geld en/of bankpas(sen) en/of creditcard(s) en/of mobiele telefoon(s) en/of iPad(s) en/of tablet(s) en/of siera(a)d(en) en/of identifier(s) en/of digipas(sen) te vragen,
waardoor bovengenoemde rekeninghouder(s) en/of ander(en) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n);
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
[medeverdachte 1] en/of een of meer onbekend gebleven personen, in of omstreeks de periode van 12 september 2023 tot en met 12 oktober 2023, te Almere, in elk geval in Nederland,
meermalen, althans eenmaal, (telkens) tezamen'en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, een of meerdere rekeninghouder(s), althans enig persoon handelend namens die rekeninghouder(s), van de SNS bank en/of de Volksbank en/of de ING bank en/of de ABN AMRO bank en/of de TD bank en/of de Rabobank en/of ICS, te weten
1. [slachtoffer 3] (zaak 1),
2. [slachtoffer 4] (zaak 2),
3. [slachtoffer 5] (zaak 3),
4. [slachtoffer 6] (zaak 4),
5. [slachtoffer 7] en/of [slachtoffer 8] (zaak 5),
6. [slachtoffer 9] (zaak 6),
7. [slachtoffer 10] (zaak 7),
8. [slachtoffer 11] (zaak 8),
9. [slachtoffer 12] (zaak 9),
10. [slachtoffer 13] (zaak 10),
11. [slachtoffer 14] (zaak 11),
12. [slachtoffer 15] (zaak 12),
13. [slachtoffer 16] (zaak 13),
14. [slachtoffer 17] (zaak 14),
15. [slachtoffer 18] (zaak 15),
16. [slachtoffer 19] (zaak 16),
17. [slachtoffer 20] (zaak 17),
18. [slachtoffer 21] (zaak 18),
19. [slachtoffer 22] (zaak 19), en/of
een of meerdere andere rekeninghouders van een of meerdere banken, heeft/hebben bewogen tot de afgifte van geld en/of een of meerdere bankpas(sen) en/of creditcard(s) en/of mobiele telefoon(s) en/of iPad(s) en/of tablet(s) en/of siera(a)d(en) en/of identifier(s) en/of digipas(sen), althans een of meer andere goederen, en/of tot het ter beschikking stellen van (inlog)gegevens (waaronder wachtwoorden en/of pincodes en/of inlogcodes) van zijn/haar/hun bankaccount(s) en/of van vergrendelcodes van mobiele apparaten, althans een of meer andere gegevens, door:
- zich onder valse naam voor te doen als een bankmedewerker,
- voornoemde rekeninghouder(s) te vertellen dat er getracht was en/of werd geld over te maken en/of op te nemen van zijn/haar/hun bankrekening en/of dat er een (groot) geldbedrag was gepind en/of afgeschreven van zijn/haar/hun bankrekening en/of dat zijn/haar/hun bankrekening en/of iPad was gehackt en/of dat er vreemde transacties hebben plaatsgevonden en/of dat de bankrekeningen en/of mobiele apparaten beveiligd moeten worden,
- te vertellen dat er een medewerker van de bank langs zou komen om de bankpas(en) en/of creditcard(s) en/of mobiele telefoon(s) en/of iPad(s) en/of tablet(s) en/of identifier(s) en/of digipas(sen) en/of contant geld op te halen,
- te vertellen dat er een medewerker van de bank langs zou komen om waardevolle goederen (waaronder siera(a)d(en)) op te halen, teneinde deze veilig te stellen, en/of
- bij de woning van voornoemde rekeninghouder(s) langs te gaan en/of zich voor te doen als medewerker van de bank en/of daar om afgifte van geld en/of bankpas(sen) en/of creditcard(s) en/of mobiele telefoon(s) en/of iPad(s) en/of tablet(s) en/of siera(a)d(en) en/of identifier(s) en/of digipas(sen) te vragen,
waardoor bovengenoemde rekeninghouder(s) en/of ander(en) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n);
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte in of omstreeks de periode van 12 september 2023 tot en met 12 oktober 2023, te Almere en/of Amsterdam, in elk geval in Nederland, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door een iPhone SE zodanig in te richten dat er bankhelpdeskfraudes mee kunnen worden gepleegd en/of door de iPhone SE alsmede leadslijsten aan voornoemde [medeverdachte 1] te verstrekken;
4
hij, in of omstreeks de periode van 12 september 2023 tot en met 6 oktober 2023, te Almere en/of Amsterdam, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen .een of meer geldbedrag(en), welk(e) geldbedrag(en), geheel of ten dele toebehoorde(n) aan een of meerdere rekeninghouder(s), althans enig persoon handelend namens die rekeninghouder(s), van de SNS bank en/of de Volksbank en/of de ING bank en/of de ABN AMRO bank en/of de TD bank en/of de Rabobank en/of ICS, te weten
1. [slachtoffer 3] (zaak 1),
2. [slachtoffer 4] (zaak 2),
3. [slachtoffer 5] (zaak 3),
4. [slachtoffer 6] (zaak 4),
5. [slachtoffer 7] en/of [slachtoffer 8] (zaak 5),
6. [slachtoffer 9] (zaak 6),
7. [slachtoffer 10] (zaak 7),
8. [slachtoffer 12] (zaak 9),
9. [slachtoffer 15] (zaak 12),
10. [slachtoffer 16] (zaak 13),
11. [slachtoffer 17] (zaak 14),
12. [slachtoffer 18] (zaak 15),
13. [slachtoffer 19] (zaak 16),
in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), waarbij hij, verdachte en/of zijn mededader(s) het weg te nemen geld onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van (een) valse sleutel(s),
- door zonder toestemming gebruik te maken van de betreffende bankpas(sen) en/of de (bij de bankpas(sen) behorende) pincode en/of daarmee geld te pinnen, en/of
- door zonder toestemming met de verkregen (inlog)gegevens geld over te boeken, in elk geval (een) sleutel(s) tot het gebruik waarvan hij, verdachte en/of zijn mededader(s) niet gerechtigd was/waren;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
[medeverdachte 1] en/of een of meer onbekend gebleven personen, in of omstreeks de periode van 12 september 2023 tot en met 6 oktober 2023, te Almere, in elk geval in Nederland,
meermalen, althans eenmaal, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft/hebben weggenomen een of meer geldbedrag(en), welk(e) geldbedrag(en), geheel of ten dele toebehoorde(n) aan een of meerdere rekeninghouder(s), althans enig persoon handelend namens die rekeninghouder(s), van de SNS bank en/of de Volksbank en/of de ING bank en/of de ABN AMRO bank en/of de TD bank en/of de Rabobank en/of ICS, te weten
1. [slachtoffer 3] (zaak 1),
2. [slachtoffer 4] (zaak 2),
3. [slachtoffer 5] (zaak 3),
4. [slachtoffer 6] (zaak 4),
5. [slachtoffer 7] en/of [slachtoffer 8] (zaak 5),
6. [slachtoffer 9] (zaak 6),
7. [slachtoffer 10] (zaak 7),
8. [slachtoffer 12] (zaak 9),
9. [slachtoffer 15] (zaak 12),
10. [slachtoffer 16] (zaak 13),
11. [slachtoffer 17] (zaak 14),
12. [slachtoffer 18] (zaak 15), en/of
13. [slachtoffer 19] (zaak 16),
in elk geval aan een ander of anderen dan aan voornoemde [medeverdachte 1] , en/of haar mededader(s), waarbij die [medeverdachte 1] en/of haar mededader(s) het weg te nemen geld onder haar/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van (een) valse sleutel(s),
- door zonder toestemming gebruik te maken van de betreffende bankpas(sen) en/of de (bij de bankpas(sen) behorende) pincode en/of daarmee geld te pinnen, en/of
- door zonder toestemming met de verkregen (inlog)gegevens geld over te boeken, in elk geval (een) sleutel(s) tot het gebruik waarvan die [medeverdachte 1] en/of haar mededader(s) niet gerechtigd was/waren;
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte in of omstreeks de periode van 12 september 2023 tot en met 6 oktober 2023, te Almere en/of Amsterdam, in elk geval in Nederland, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door een iPhone SE zodanig in te richten dat er bankhelpdeskfraudes mee kunnen worden gepleegd en/of door de iPhone SE alsmede leadslijsten aan voornoemde [medeverdachte 1] te verstrekken;
5
hij, op of omstreeks 13 maart 2024 te Almere, in elk geval in Nederland, opzettelijk professioneel vuurwerk bestemd voor particulier gebruik, te weten 2, althans een of meer, stuks knalvuurwerk (Cobra 8), heeft opgeslagen en/of voorhanden heeft gehad;
6.
hij, in of omstreeks de periode van 12 september 2023 tot en met 13 maart 2024 te Almere en/of Amsterdam, in elk geval in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten [medeverdachte 1] en/of een of meer nog onbekend gebleven personen, welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten het plegen van oplichting als bedoeld in artikel 326 van het Wetboek van Strafrecht en/of het plegen van diefstal in vereniging als bedoeld in artikel 311 van het Wetboek van Strafrecht en/of het plegen van computervredebreuk als bedoeld in artikel 138ab van het Wetboek van Strafrecht;
7.
hij, in of omstreeks de periode van 3 januari 2024 tot en met 24 februari 2024 te Almere en/of Amsterdam, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een beroep of gewoonte heeft gemaakt van het door middel van een geautomatiseerd werk, te weten via internet, op de website www. [website] .nl, www. [website] .nl en/of een onbekende website, verkopen van goederen, te weten
- een fatbike voor € 795,- aan [slachtoffer 23] (zaak 23),
- een fatbike voor € 1.450,- aan [slachtoffer 24] (zaak 24), ■
- een fatbike voor een bedrag (van € 800,- en/of € 795,-) aan [slachtoffer 25] (zaak 25), en/of
- een fatbike voor € 1.450,- en/of een Axa vouwslot voor € 124,95 aan [slachtoffer 26] (zaak 26),
met het oogmerk om zonder volledige levering zich en/of een ander van de betaling van die goederen te verzekeren;
8.
hij, op of omstreeks 2 augustus 2023 te Boskoop, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een of meer geldbedrag(en) (van in totaal € 1.000,00), welk(e) geldbedrag(en), geheel of ten dele toebehoorde(n) aan een rekeninghouder, althans enig persoon handelend namens die rekeninghouder, van de ABN AMRO bank, te weten [slachtoffer 1] (zaak 22), en/of een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), waarbij hij, verdachte en/of zijn mededader(s) het weg te nemen geld onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van (een) valse sleutel(s), door zonder toestemming gebruik te maken van de betreffende bankpas en/of de (bij de bankpas behorende) pincode en/of daarmee geld te pinnen, in elk geval (een) sleutel(s) tot het gebruik waarvan hij, verdachte en/of zijn mededader(s) niet gerechtigd was/waren;
9.
hij, in of omstreeks de periode van 23 februari 2024 tot en met 27 februari 2024, te Almere en/of Amsterdam, althans in Nederland, en/of te Zele, althans in België, meermalen, althans eenmaal, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, een rekeninghouder, althans enig persoon handelend namens die rekeninghouder, van de ING bank België, te weten [slachtoffer 2] (zaak 33) en/of een of meerdere andere rekeninghouders van een of meerdere banken, heeft/hebben bewogen tot de afgifte van geld, althans een of meer andere goederen, en/of tot het ter beschikking stellen van inloggegevens van zijn/haar/hun bankaccounts en/of persoonsgegevens, althans een of meer andere gegevens, door:
- gegevens af te vangen middels een phishing site die eruit ziet als de site van ING bank België,
- zich onder valse naam voor te doen als een bankmedewerker,
- voornoemde rekeninghouder(s) te vertellen dat er verdachte transacties hebben plaatsgevonden,
- voornoemde rekeninghouder(s) te bewegen een programma te installeren en/of in te loggen op de online bankierenomgeving,
- voornoemde rekeninghouder(s) te bewegen geldbedragen te bevestigen en/of over te boeken,
waardoor bovengenoemde rekeninghouder(s) en/of ander(en) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n);
10.
hij, op of omstreeks 13 maart 2024 te Almere, in elk geval in Nederland, een reisdocument en/of identiteitsbewijs als bedoeld in het eerste lid van artikel 231 van het Wetboek van Strafrecht, te weten te weten een Nederlands rijbewijs met nummer [nummer] op naam van [A] , waarvan hij, verdachte, wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat deze vals of vervalst was, voorhanden heeft gehad.