Op 8 mei 2025 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak tussen een eiser en het college van Gedeputeerde Staten van Utrecht. De eiser had op 19 maart 2025 beroep ingesteld omdat verweerder niet tijdig had beslist op zijn verzoek om informatie op basis van de Wet open overheid (Woo). De rechtbank heeft vastgesteld dat verweerder de beslistermijn heeft overschreden, aangezien het verzoek op 20 januari 2025 was ingediend en verweerder uiterlijk op 17 februari 2025 had moeten beslissen. Eiser heeft verweerder op 4 maart 2025 in gebreke gesteld, maar verweerder heeft geen verweerschrift ingediend en heeft ook geen nieuw besluit genomen.
De rechtbank heeft besloten dat een zitting niet nodig was en heeft de zaak op basis van de ingediende stukken beoordeeld. De rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep gegrond is, omdat verweerder niet tijdig heeft beslist. De rechtbank heeft verweerder opgedragen om binnen twee weken na de uitspraak alsnog een besluit bekend te maken. Tevens is bepaald dat verweerder een dwangsom van € 100,- per dag moet betalen voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast moet verweerder het griffierecht van € 194,- aan eiser vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken en de griffier was verhinderd om te ondertekenen.