ECLI:NL:RBMNE:2025:2575

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
28 mei 2025
Publicatiedatum
26 mei 2025
Zaaknummer
C/16/590993 / FO RK 25-363
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Opmaken van een overlijdensakte voor een slachtoffer van een neergestort vliegtuig tijdens de Tweede Wereldoorlog

In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 28 mei 2025 een beschikking gegeven met betrekking tot het opmaken van een overlijdensakte voor een persoon die is overleden tijdens de Tweede Wereldoorlog. De zaak werd ingeleid door de Officier van Justitie (OVJ), die op 27 maart 2025 een verzoekschrift indiende. De betrokkene, geboren in 1927, is overleden in 1942 als gevolg van het neerstorten van een Duits militair vliegtuig op twee woonhuizen in [plaats], waarbij tien burgers om het leven kwamen, waaronder de betrokkene. Er was geen overlijdensakte opgemaakt, wat aanleiding gaf tot het verzoek van de OVJ om de Ambtenaar van de Burgerlijke Stand (ABS) opdracht te geven om de registers van de burgerlijke stand aan te vullen en alsnog een overlijdensakte op te maken.

De rechtbank heeft het verzoek van de OVJ toegewezen. Op basis van artikel 1:24 van het Burgerlijk Wetboek kan de rechtbank op verzoek van het openbaar ministerie de aanvulling van een register van de burgerlijke stand gelasten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de noodzakelijke gegevens voor het opmaken van de overlijdensakte aanwezig zijn, ondanks het ontbreken van een formele akte. De rechtbank heeft de ABS opdracht gegeven om de overlijdensakte op te maken en deze in te schrijven in het overlijdensregister van de gemeente [gemeente 1]. De beslissing is openbaar uitgesproken en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Familierecht
locatie Utrecht
zaaknummer: C/16/590993 / FO RK 25-363
opmaken overlijdensakte
Beschikking van 28 mei 2025
in de zaak van
DE OFFICIER VAN JUSTITIE,
hierna te noemen: de OVJ,
betreffende
[betrokkene],
overleden op [betrokkene] 1942 in [plaats] , gemeente [gemeente 1] ,
hierna te noemen: de betrokkene,
met als belanghebbende
DE AMBTENAAR VAN DE BURGERLIJKE STAND,
van de gemeente Utrechtse Heuvelrug ,
hierna te noemen: de ABS.

1.De procedure

De rechtbank heeft op 27 maart 2025 het verzoekschrift van de OVJ ontvangen (nummer UT-4217-312-25), met bijlagen.

2.Waar de procedure over gaat

2.1.
De betrokkene is geboren op [geboortedatum] 1927 in [geboorteplaats] , thans gemeente [gemeente 2] , en overleden op [betrokkene] 1942 in [plaats] , thans gemeente [gemeente 1] .
2.2.
Op [betrokkene] 1942 (tijdens de Tweede Wereldoorlog) is een Duits militair vliegtuig neergestort op twee woonhuizen aan de [straat] in [plaats] , als gevolg waarvan tien burgers in die woonhuizen zijn overleden, waaronder de betrokkene.
2.3.
Van het overlijden van de betrokkene is geen overlijdensakte opgemaakt.
2.4.
De OVJ heeft gevraagd om opdracht te geven aan de ABS, op grond van artikel 1:24 van het Burgerlijk Wetboek (BW), om de registers van de burgerlijke stand aan te vullen en alsnog een overlijdensakte van de betrokkene op te maken.

3.De beoordeling

3.1.
De rechtbank wijst het verzoek toe en zal opdracht geven aan de ABS om de registers van de burgerlijke stand aan te vullen en alsnog een overlijdensakte van de betrokkene op te maken. Hierna zal de rechtbank uitleggen waarom zij deze beslissing neemt.
3.2.
Op grond van artikel 1:24 lid 1 BW kan op verzoek van het openbaar ministerie de aanvulling van een register van de burgerlijke stand met een daarin ontbrekende akte worden gelast door de rechtbank.
3.3.
Uit de overgelegde stukken volgt dat de betrokkene is overleden op [betrokkene] 1942, als gevolg van het neerstorten van een vliegtuig op twee woonhuizen aan de [straat] in [plaats] . Op 19 januari 1942 heeft de officier van justitie in Utrecht verlof verleend om de tien burgerslachtoffers te begraven. Op de persoonskaart van de betrokkene is aangetekend: ‘vermoedelijk overleden tengevolge van oorlogsgeweld op [betrokkene] 1942 (geen overlijdensakte)’.
De rechtbank is van oordeel dat uit de overgelegde stukken de noodzakelijke gegevens kunnen worden vastgesteld die nodig zijn voor het opmaken van de overlijdensakte (artikel 61 van het Besluit Burgerlijke Stand).

4.De beslissing

De rechtbank geeft opdracht aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente 1] om de overlijdensakte op te maken van
[betrokkene], geboren op [geboortedatum] 1927 in [geboorteplaats] en overleden op [betrokkene] 1942 in [plaats] , thans gemeente [gemeente 1] , en deze akte in te schrijven in het overlijdensregister van de gemeente [gemeente 1] .
Dit is de beslissing van de rechtbank, genomen door mr. A.C. van den Boogaard, rechter, in samenwerking met mr. A. Verouden, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 28 mei 2025.
Tegen deze beschikking kan - voor zover er definitief is beslist - door tussenkomst van een advocaat hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De verzoekende partij en verschenen belanghebbenden dienen het hoger beroep binnen de termijn van drie maanden na de dag van de uitspraak in te stellen. Andere belanghebbenden dienen het beroep in te stellen binnen drie maanden na de betekening van deze beschikking of nadat deze hun op andere wijze bekend is geworden.