ECLI:NL:RBMNE:2025:2606
Rechtbank Midden-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening tot schorsing van woningsluiting op basis van drugsvondst
Op 28 mei 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een zaak over de sluiting van een huurwoning in Oudewater. Verzoeker, die in de woning woont, had bezwaar gemaakt tegen de sluiting die door de burgemeester was opgelegd na een politie-inval waarbij aanzienlijke hoeveelheden hard- en softdrugs waren aangetroffen. De burgemeester had besloten de woning per 29 april 2025 voor drie maanden te sluiten. Verzoeker vroeg de voorzieningenrechter om dit besluit te schorsen in afwachting van de beslissing op bezwaar.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek afgewezen, waarbij zij oordeelde dat de burgemeester bevoegd was om de woning te sluiten op grond van artikel 13b van de Opiumwet. De rechter stelde vast dat er een handelshoeveelheid drugs in de woning was aangetroffen, wat de burgemeester het recht gaf om de sluiting te overwegen. Verzoeker voerde aan dat de sluiting niet noodzakelijk was voor de bescherming van het woon- en leefklimaat, maar de voorzieningenrechter oordeelde dat de burgemeester terecht had geoordeeld dat de sluiting noodzakelijk was gezien de omstandigheden.
De voorzieningenrechter weegt de belangen van verzoeker en de burgemeester tegen elkaar af. Hoewel de sluiting ingrijpende gevolgen heeft voor verzoeker, zoals financiële en emotionele instabiliteit, vond de rechter dat de burgemeester de sluiting mocht handhaven. De rechter concludeerde dat het bezwaar van verzoeker geen redelijke kans van slagen had en dat de belangen van de burgemeester bij het handhaven van de openbare orde zwaarder wogen. De uitspraak werd gedaan door mr. A.A.M. Elzakkers, in aanwezigheid van griffier mr. N.A.P. Vrijsen, en is openbaar uitgesproken op 28 mei 2025.